Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download
ePaper created 2017-02-15, 13:10:31 | version 1.38.0
18 INDuSTRIE Vervolg van pagina 17 techniek in esthetisch veeleisende situaties worden toegepast. Dit vulmateriaal wordt aangevuld met het laagvisceuze, vloeibare Ad mira Fusion Flow® (VOCO), dat in twaalf kleuren verkrijgbaar is en door de goede bevochtigingseigen schappen in de meest nauwe cavi teiten over een uitstekend flowge drag beschikt. Admira Fusion Flow beschikt voor een vloeibaar mate riaal over een lage polymerisatie krimp van 2,75 vol.% bij een gelijk tijdig lage krimpstress (7,27 MPa). Klinische casus Een 42jarige patiënte gaf tijdens ons spreekuur te kennen dat zij haar amalgaamvulling in ele ment 46 wilde laten vervangen door een tandkleurige restauratie (afb. 1). De tand reageerde direct ge voelig op de koudetest en vertoon de evenmin opvallendheden bij de percussietest. Na de voorlichting over mogelijke alternatieve behan delingen en de kosten hiervan koos de patiënte voor een plastische vul ling met het nanohybrideormocer Admira Fusion (VOCO) in de één kleurige laagtechniek. Bij aanvang van de behandeling werd het betreffende element met fluoridevrije profylactische pasta en een rubbercup grondig ontdaan van externe afzettingen. Vervol gens werd de passende composiet kleur op de nog vochtige tand met de bijbehorende kleurkeuzevoor beelden bepaald. Het amalgaam werd na een lokale anesthesie voorzichtig uit de tand verwijderd (afb. 2). Na het excaveren werd de preparatie met fijnkorrelige diamantstiften gepolijst (afb. 3) en werd vervolgens het behandelings gebied voor het plaatsen van een cofferdam geïsoleerd (afb. 4). De cofferdam bakent het operatieveld ten opzichte van de mondholte af, vergemakkelijkt effectief en zui ver werken en garandeert dat het werkterrein wordt schoongehou den van contaminerende substan ties als bloed, sulcusvloeistof en speeksel. Een contaminatie van glazuur en dentine zou resulteren in een duidelijke verslechtering van de adhesie van de composiet aan de harde tandsubstantie en zou een langdurig succesvolle behandeling met optimale marginale integri teit in gevaar brengen. Bovendien beschermt de cofferdam de patiënt tegen irriterende substanties zoals het adhesiefsysteem. De cofferdam 17 21 25 29 18 22 26 30 is derhalve een belangrijk middel voor de vereenvoudiging van het werk en de kwaliteitsborging in de adhesieftechniek. De geringe moeite die bij het leggen van de cofferdam moet worden geïnves teerd, wordt extra gecompenseerd door het vermijden van tampon wissels en de wens van de patiënt tot uitspoelen. Aansluitend werd de caviteit afgebakend met een metalen deel matrijs, die aan het cervicale ni veau werd aangepast (afb. 5). De spanring van het matrijssysteem zorgt voor een afdoende separatie van het element van het aangren zende mesiale element en garan deert een correct approximaal con tact van de nieuwe vulling. Voor de adhesieve voorbehande ling van de harde tandsubstanties werd gekozen voor het universele adhesief Futurabond M+® (VOCO). Bij Futurabond M+ gaat het om een modern adhesief uit één flesje, dat compatibel is met alle conditio neringstechnieken: de SelfEtch techniek en beide op fosforzuur gebaseerde conditioneringstech nieken (selectieve glazuuretsing resp. complete EtchandRinse voorbehandeling van glazuur en dentine). Bij het onderhavige geval werd de TotalEtchvoorbehande ling van glazuur en dentine met fosforzuur toegepast. Hiervoor werd 35% (Vococid®, fosforzuur VOCO GmbH, Cuxhaven) eerst cir culair langs de glazuurranden aan gebracht en werkte daar 15 secon den in. Daarna werd aanvullend de gehele dentine van de caviteit met etsgel bedekt (total etch) (afb. 6). Na nog eens een inwerktijd van 15 seconden werden het zuur en de daarmee uit de harde tandsubstan tie verwijderde producten gron dig met de persluchtwaterspray 20 seconden weggesproeid en werd overtollig water vervolgens voor zichtig met perslucht uit de cavi teit weggeblazen (afb. 7). Afbeel ding 8 toont de applicatie van een rijkelijke hoeveelheid van de uni versele bonding Futurabond M+ op glazuur en dentine met een micro borsteltje. Het adhesief werd 20 se conden met de applicator zorgvul dig in de harde tandsubstanties ingemasseerd. Vervolgens werd het oplosmiddel met droge, olievrije perslucht voorzichtig weggebla zen (afb. 9) en daarna werd de bon ding met een polymerisatielamp 10 seconden uitgehard (afb. 10). Er ontstond een glanzend en overal gelijkmatig met adhesief bevoch tigd caviteitoppervlak (afb. 11). Dit moet zorgvuldig worden gecontro leerd, omdat mat uitziende cavi teitgebieden een indicatie zijn voor het feit dat niet voldoende adhesief op deze plekken werd aangebracht. In het ergste geval zou dit kun nen resulteren in een verminderde hechting van de vulling aan deze gebieden met een gelijktijdig be lemmerde dentineverzegeling, wat eventueel gepaard kan gaan met postoperatieve hypergevoeligheid. Als bij de visuele controle dergelijke gebieden worden gevonden, wordt daar selectief nogmaals bonding aangebracht. Vervolgens werd conform de liningtechniek de bodem van de caviteit met een ca. 0,51 mm dunne laag van het vloeibare or mocercomposiet Admira Fusion Flow (VOCO) bekleed (afb. 12). Het goede flowgedrag van het materi aal waarborgt dat slecht zichtbare of moeilijk toegankelijke cavitei ten, zoals puntige binnenranden en hoeken van de caviteit en dun uitlopende approximale glazuur schuintes, belletjesvrij met het laagvisceuze vulmateriaal kun nen worden afgedekt resp. gevuld (afb. 13).40 Er wordt over gesproken dat een eerste dunne laag bestaan de uit een vloeibaar composiet materiaal onder hierna erover heen aangebrachte incrementen 19 23 27 31 20 24 28 32 Afb. 17. Zorgvuldige modellatie van de mesiale randverdikking. Afb. 20. Aanbrengen van het tweede increment Admira Fusion. Afb. 23. Opbouw van de mesio-lingu- ale knobbel. Afb. 26. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 30. Opbouw van de disto-buccale knobbel. Afb. 18. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 19. Situatie na het wegnemen van de matrijs. De oorspronkelijke klasse-II-caviteit is omgezet in een ‘effectieve klasse-I-caviteit’. Afb. 21. Nivellering van de caviteit- bodem met het tweede increment Admira Fusion. Afb. 22. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 24. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 27. Opbouw van de disto-linguale knobbel. Afb. 31. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 25. Opbouw van de mesio-bucca- le knobbel. Afb. 28. Lichtpolymerisatie van het vulmateriaal gedurende 20 seconden. Afb. 29. Aanbrengen van het laatste increment Admira Fusion. Afb. 32. Eindsituatie: Definitief uitgewerkte en hoogglans gepolijste ormocerrestauratie. De functionaliteit en esthetiek van het element zijn hersteld. DENTAL TRIBUNE NETHERLANDS EDITION FEBRUARI 2017