Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition No.4, 2016

DENTAL TRIBUNE NEDERLANDSE EDITIE MEI 2016 Industrie 19 Al tijdens de eerste behandeling ­ kozen we ook de juiste kleur van het restauratiemateriaal uit. Hier­ voor werd telkens een kleine hoe­ veelheid van de in aanmerking ko­ mende kleuren op het vestibulaire vlak van een van de te restaureren elementen aangebracht en gepoly­ meriseerd. Aan de hand van deze kleurenvergelijking viel de keuze op de kleur A1 (afb. 5). Voor het vervaardigen van de eigenlijke mock-up en daarmee voor de veneer werd het vulma­ teriaal met een metalen spatel op het ­ siliconenmodel aangebracht (afb. 6). In deze fase moest door de behandelaar worden geprobeerd zich te houden aan de geplande maatregelen die na de fotoanaly­ ses waren opgesteld. Derhalve was het noodzakelijk de bovenste in­ cisieven te verlengen. Na de licht­ uitharding volgden de uitwerking en het polijsten met rubberpolijst­ apparaten (afb.  7). Aansluitend fotografeerden we het model en plaatsten deze foto over een foto van de lachende patiënt om te con­ troleren of de grootte en ordening van de elementen overeenkomstig waren geslaagd (afb. 8 en 9). De veneers werden direct aan de elementen van de patiënt aange­ past (afb. 10-13). Een groot voordeel hiervan is de mogelijkheid om voor het afsluiten van de behandeling te controleren of het resultaat zal vol­ doen aan de verwachtingen. Ook de patiënt kan de bij wijze van proef aangebrachte restauraties bekijken en mogelijke veranderingswen­ sen aangeven. Nadat de randaan­ sluiting was gecontroleerd en de patiënt tevreden was met de gere­ aliseerde esthetiek, werd het aan­ brengen van de indirecte veneers voorbereid. Voor de bevestiging kozen we het adhesief ­ Futurabond U (VOCO) in combinatie met het vloeibare composiet GrandioSO Flow (VOCO) in de kleur A1. De gingivarand werd met een draad met dikte 000 (afb. 14) weg­ gehouden, waarna 37% orthofos­ forzuur gedurende 15 seconden op de elementen werd aangebracht (afb. 15). Na het afspoelen met wa­ ter en het drogen van de geëtste vestibulaire vlakken (afb. 16) werd het adhesief aangebracht, het op­ losmiddel weggeblazen en werd het adhesief vervolgens 10  secon­ den met licht uitgehard. De bin­ nenkanten van de veneers werden met aluminiumoxide (90  µm) bij een druk van 60 psi gezandstraald om het oppervlak te reinigen en op te ruwen. Wanneer de veneers tegen het licht worden gehouden, zie je het homogene, schone opper­ vlak van de binnenkant (afb. 17). In de volgende stap werd op hetzelfde element adhesief aangebracht en aansluitend met een lichte lucht­ straal weggeblazen. Vervolgens verdeelden we hierop een kleine portie vloeibaar composiet (afb. 18) en brachten de veneer op het be­ treffende element aan (afb. 19). Het resterende composiet dat vrijkwam bij het aanbrengen werd verwij­ derd, waarna de lichtpolymerisatie werd uitgevoerd. Na het aanbrengen van alle ve­ neers werden de vullingranden met een scalpel nummer 15C uitge­ werkt en met rubberpolijstappara­ ten gepolijst. Direct na de voltooi­ ing beoordeelden we het resultaat (afb. 20-23). Door het overeenkom­ stige inslijpen dienden voor de protrusiebeweging gelijkmatige contacten tussen de onderste in­ cisieven en de bovenste centrale incisieven tot stand te worden ge­ bracht (afb. 24). Door het inslijpen dienden ook alle contacten tussen de veneers en de onderste elemen­ ten bij laterale bewegingen te wor­ den geëlimineerd (afb.  25 en 26). Bij het kijken onder een indirecte belichting alsmede vestibulair en palatinaal gezien kon goed worden vastgesteld dat details goed waren uitgewerkt en de indirecte restau­ raties zich harmonisch tussen de aangrenzende structuren voegden (afb. 27- 30). Bij een vergelijking van het pre- en postoperatieve aanzicht is een duidelijke verbetering van de esthetiek van de elementen zicht­ baar (afb. 31 en 32), en is te zien hoe deze de lach van de patiënt positief beïnvloedt (afb. 33-35). Over de auteur Mauricio U. Watanabe werkt als tandarts in São Paulo en is ge­ specialiseerd in de behandeling van tandvleesaandoeningen als­ mede in de mond-, kaak- en aan­ gezichtschirurgie. Hij beschikt over een masters degree in de prothetiek en houdt regelmatig lezingen over esthetische tand­ heelkunde. Bovendien promoveert hij momenteel op biomateria­ len aan de ­ Universidade Estadual Paulista (UNESP) in ­ Araçatuba. E-mail: mauriciowatanabe@yahoo. com.br. Afb. 1. Een 20-jarige patiënt onderging om esthetische redenen wegens een diasteem tussen de bovenste centrale incisieven een tandheelkundige behandeling. Afb. 2. Op de intraorale foto zijn bijzonderheden te zien in de stand van de frontale elementen en de morfologie. Afb. 3. Wij stelden vast dat voor een bevredigend resultaat de vier bovenste incisieven moesten worden behandeld. Afb. 4. In dit geval werd als behandelmethode de vervaardiging van indirecte restauraties op een siliconenmodel gekozen. Dit heeft voordelen boven de toepassing van geprefabriceerde facetten, omdat we ons eigen product kunnen aanpassen aan de patiënt en een betere randaansluiting kunnen realiseren. Afb. 5. Al tijdens de eerste behandeling kozen we de toe te passen kleur uit door een kleine hoeveelheid van het materiaal op het element aan te brengen, het oppervlak met een grote metalen spatel glad te maken en het vervolgens te polymeriseren. In het onderhavige geval viel de keuze op de kleur A1. Afb. 6. Het vulmateriaal (Admira Fusion, VOCO) werd direct op het vervaardigde siliconenmodel aangebracht. Met spatels werden de elementen overeenkomstig de morfologie van de betreffende elementgroep gemodelleerd. In dit geval diende door het vervaardigen van de veneers de lijn, die de punten van de hoekelementen en de incisieve kanten verbindt, om het juiste gebogen verloop te krijgen. Afb. 7. Na de polymerisatie namen we de veneers van het model af, werkten deze uit en polijstten ze met rubberslijpapparaten resp. rubberpolijstapparaten voor keramische restauraties. Afb. 8. Door een foto van de voltooide veneers over een foto van de patiënt te leggen, konden we voorzien of de ordening en grootte van de restauraties na afsluiting van de behandeling correct waren. Afb. 9. Met zwart-witfoto’s, zoals hier, kon de simulatie nog beter worden beoordeeld. Afb. 10-13. Aanbrengen van de veneer op element 21. Hierbij dient rekening te worden gehouden met de schuifrichting. Om de volgorde bij het aanbrengen van de restauraties vast te leggen, moet de schuifrichting exact worden aangehouden omdat er geen preparaties zijn uitgevoerd. Afb. 14. Wij gebruikten voor het weghouden van de gingivarand 000-retractiedraad voor alle bovenste incisieven. Afb. 15. Aanbrengen van 37% orthofosforzuur en inwerking gedurende 15 seconden bij elk element. Het aangrenzende element wordt beschermd met een polyester-separeerstrip. Afb. 16. De elementen 11 en 21 na het etsen met fosforzuur en het drogen. Afb. 17. De veneer voor element 21. Om het binnenvlak te reinigen, werd deze met aluminiumoxide gezandstraald. Afb. 18. Na de applicatie en het wegblazen van het adhesief werd het vloeibare composiet GrandioSO Flow (VOCO) in de kleur A1 toegepast. Afb. 19. Aanzicht na het aanbrengen van de restauratie. Nog voor het polymeriseren verwijderden we het overtollige materiaal met een sonde nr. 5. Afb. 20-23. Verschillende aanzichten van de veneerrestauraties na de voltooiing ervan. Afb. 24. Contacten van de frontale elementen tijdens de protrusiebeweging. Afb. 25-26. Na het inslijpen van de veneers bestonden er geen contacten van de frontale elementen tijdens de laterale bewegingen. Afb. 27-28. Foto’s van de veneers onder een indirecte belichting. De details zijn goed zichtbaar. Afb. 29-30. Blik op het frontale gedeelte met een harmonische boog van de elementen, gezien vanuit vestibulair en palatinaal oogpunt. Afb. 31-32. Bij een vergelijking van de pre- en postoperatieve aanzichten is een duidelijke verbetering van de esthetiek van de elementen zichtbaar. Afb. 33-35. Vergelijking van de lach voor en na de behandeling. 33 34 35 De slimme manier voor spoed- eisende medische behandeling van enkele tand De bredent group biedt met BioHPP SKY elegance een ­ innovatieve en nieuwe prothese voor de spoed­ eisende medische behandeling van een enkele tand. Omdat BioHPP SKY elegance enerzijds de flexi­ biliteit van een tijdelijk kunststof abutment heeft en anderzijds de duurzame implantaatsamenstel­ ling van een definitief abutment, is vervanging van het abutment niet meer nodig (One Time ­ Therapie). Dat heeft als voordeel dat het om­ ringende zachte weefsel niet ver­ nietigd wordt. Het splijtvrije, high- performance polymeer BioHPP zorgt met zijn elasticiteit voor een veilige osseointegratie tijdens de genezing en de zitting van de schroef in de titaniumbasis voor de duurzame verbinding. Verschillen­ de klinische studies hebben intus­ sen aangetoond dat BioHPP betere verbinding met het zachte weefsel mogelijk maakt dan titanium. De spoedeisende medische be­ handeling van een ontbrekende tand met BioHPP SKY elegance en een implantaat is onafhanke­ lijk van het implantatietijdstip en kan uitgevoerd worden als spoed-, uitgestelde spoed- of latere ­ implantatie. Dit is voor de patiënt in veel gevallen een aantrekkelijk alternatief voor de conventionele driedelige bruggen, waarbij te­ vens de gezonde tandsubstantie behouden blijft. In esthetisch veeleisende ­ zones kan initieel een tijdelijke kroon ingeplant worden, om het zachte weefsel in de goede vorm te brengen. Daarna kan de defi­ nitieve kroon zonder vervanging van abutment ingebracht wor­ den. De vorming van het afgietsel kan digitaal met een intraorale scanner gebeuren. In esthetisch weinig veeleisende zones kan bij voldoende primaire stabiliteit onmiddellijk medisch behandeld worden met de definitieve kroon. Voor het SKY-implantaatsys­ teem is BioHPP SKY elegance beschikbaar: vooraf gemaakte abutments in de vorm van SKY esthetic line of als afzonderlijke abutments. Deze worden ofwel in het laboratorium met het for­ 2press-systeem geperst of worden met het BioHPP elegance prefab- systeem met geschikte CAD/CAM- systemen geproduceerd. Ook zijn BioHPP elegance titaniumbases voor het for2press-systeem be­ schikbaar voor de gangbare im­ plantaatsystemen. Indien de CAD/CAM-productie verbonden is met de 3D-implan­ taatplanning en de geleide im­ plantologie, is het nu al mogelijk op basis van 3D-ontwerpgegevens het aangepaste abutment en de passende kroon te maken voor de OP. Meer informatie via www. bredent-medical.com. BioHPP SKY elegance.

Pages Overview