Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download
ePaper created 2017-10-18, 10:46:59 | version 1.38.0
4 Dental Tribune Belgische editie September 2017 Tussen BOPT en BTA gedeeltelijk herstel van de ves- p2» tibulaire gingiva tot stand te brengen door middel van het cervicale gedeelte van de restauratie. Pas na een lange fase van opnieuw modelleren werd de vorm van de natuurlijke tanden bepaald (afb. 22 en 23). De afdrukken die bedoeld zijn voor de corono-radiculaire recon- structies werden op hetzelfde moment gemaakt. Aangezien de inclinatie van de restauraties vestibulair was, viel de keuze op corono-radiculaire recon- structies in een goudlegering. Modelleren van de gingivale contour De patiënt had een follow-up af- spraak twee weken na het plaatsen van de voorlopige restauraties. Op dat mo- ment bracht intra-oraal onderzoek een gingivale recessie en blootliggende ves- tibulair wortelcement van tanden 21 en 12 (afb. 24) aan het licht. De rand van tand 11 was ook zichtbaar en de gingiva was gezond. Tijdens dit bezoek werden reconstructies de corono-radiculaire geplaatst en werden de tanden opnieuw voorbereid om de marginale grenzen in apicale richting te verplaatsen. Er waren nieuwe voorlopige restauraties gemaakt om de convexiteit van de cervicale zone te verhogen en het eff ect van de model- lering van de gingivale contour te ver- sterken. Zoals gevraagd door de patiën- te werden de kronen lichtjes verlengd ter hoogte van de incisale rand (+/- 1 mm) (afb. 25-27). Tijdens een follow-up afspraak na twee weken stelden we een duidelijke verandering van de gingivale contour en een bijna volledige reconstructie van de gingivale transmucosale contour vast. Het tandvlees rond de restauraties was gezond (afb. 28). De transgingivale de- len van de restauraties waren aangepast en de incisale randen waren ingekort, volgens de wensen van de patiënte. Twee weken na het plaatsen van de nieuwe voorlopige kronen kwam de pa- tiënte terug om de behandeling voort te zetten. Op dat moment bleek ze ui- terst tevreden met de gingivale contour et met de hoogte van de incisale ran- den (afb. 29). Na het verwijderen van de voorlopige kronen was de gingivale contour van de pijlerelementen gelijk- aardig aan de contour die gewoonlijk wordt waargenomen bij peri-implan- taire gingiva. Een laatste afdruk werd genomen om het hoofdmodel te kun- nen maken dat de gingivale contour heel nauwkeurig zou kunnen reprodu- ceren (afb. 30-32). De defi nitieve res- tauraties in volledig keramisch materi- aal werden vervaardigd op basis van dit hoofdmodel. Afwerking van de defi nitieve restauraties Na de fabricage vertoonden de defi ni- tieve kronen de precieze transgingivale contouren die overeenkwamen met de vorm van het gingivale weefsel rond de kraag van de pijlerelementen van het hoofdmodel (afb. 33-35). Tijdens het passen en het aanpassen van de randen, de vorm en de contactpunten, werd ex- tra aandacht besteed aan de harmonie tussen de transgingivale contouren van de restauraties en het gingivale weefsel rond de pijlerelementen. De transgingi- vale contouren van de restauraties moes- ten de vorm van de gingiva behouden, maar zonder daarbij de druk te verho- gen, teneinde de gezondheid van de gin- giva niet aan te tasten en de contour op lange termijn te behouden (afb. 36-39). Follow-up afspraken Tijdens de volgende afspraak, één week na het plaatsen van de defi nitieve restauraties, bleek dat de gingiva rond de kronen gezond en stabiel was. In vergelijking met de intra-orale foto's die voor de ingreep waren genomen, bleek het esthetisch aspect aanzienlijk verbeterd (afb. 1, 3, 40–43). Helaas daagde de patiënte niet op tij- dens de volgende follow-up afspraken. Ze kwam pas terug zeven jaar na het plaatsen van de defi nitieve restauraties. Tijdens dat bezoek was de evaluatie van de bucco-dentale gezondheidstoestand teleurstellend, met een (+) erosiescore en een (++) tandsteenscore. De gingiva was lichtjes rood en gezwollen. De gin- givale gezondheid ter hoogte van tan- den 21, 11 en 12 was echter beter dan die van de andere tanden. Rond tanden 21 en 12 was het tandvlees gezond en de gingivale contour stabiel, zonder aantoonbare gingivale recessie. Een lichte gingivale recessie kon worden waargenomen rond tand 11, evenals een lichte roodheid en zwelling van de gingiva. Het esthetische resultaat van de gewijzigde gingivale contour was echter behouden gebleven (afb. 44-47). Discussie De modellering van de trans- mucosale peri-implantaire contour met behulp van voorlopige kronen wordt in de implantologie vaak gebruikt. Dank- zij het gebruik van een afzonderlijke, op maat gemaakte kap kan de contour van het tandvlees van de cervicale, pe- ri-implantaire zone op het werkmodel worden overgebracht.3, 16, 17 De contour van de defi nitieve, implantaat-gedra- gen restauratie blijkt perfect aangepast aan de contour van de gingiva en zorgt bijgevolg voor de stabiliteit op lange termijn van de vorm en de positie van de peri-implantaire gingiva. Voor deze patiënte konden we gebruik maken van een behandelingsprotocol dat is gebaseerd op eerdere ervaringen met restauratietechnieken met implan- 21 26 31 36 41 22 27 32 37 42 23 28 33 38 43 24 29 34 39 44 25 30 35 40 45 46 47a Afb. 20 en 21 : Gingiva bedekt door de vestibulaire zijde van de voorlopige restauraties. | Afb. 22 : Gin- giva bedekt door de vestibulaire zijde van de voorlopige restauraties (schematische voorstelling). | Afb. 23 : Weergave van de voorlopige restauraties alsof het noodprofi el zich uitstrekt vanaf de gingivo-dentale sulcus (schematische voorstelling). | Afb. 24 : Twee weken na het plaatsen van de tijdelijke restauraties: begin van het opnieuw modelleren van de gingivale contour en blootleggen van de marginale grens van de pijlerelementen. | Afb. 25 : Corono-radiculaire reconstructie in een goudlegering. | Afb. 26 en 27 : Tweede voorlopige restauraties met naar voren verplaatste modellering van de gingivale contour. | Afb. 28 : Twee weken na het plaatsen van de tweede voorlopige restauraties met naar voren verplaatste modellering. | Afb. 29 : Vier weken na het plaatsen van de tweede voorlopige restauraties. De gingivale contour en de vorm van de kronen was bevredigend. | Afb. 30 : Weergave van de ideale gingivale contour na het verwijderen van de tweede voorlopige restauraties. | Afb. 31 : Gingivale kragen van de pijlerelementen. | Afb. 32 : Afwezigheid van de tandhals rond tanden 12 en 11. | Afb. 33 : Restauraties met een opmerkelijke transgingivale convexi- teit. | Afb. 34 : De transgingivale contour van de restauraties sluit nauw aan bij de gingivale kragen van het model. | Afb. 35 : Restauratie met een opmerkelijke transgingivale convexiteit. | Afb. 36 : De transgingivale contour van de restauraties sluit nauw aan bij de gingivale kragen van het model. | Afb. 37 : De defi nitieve restauraties worden op de bovenincisieven geplaatst. | Afb. 38 : Linker zijaanzicht van de glimlach van de patiënte na het plaatsen van de restauraties. | Afb. 39 : Rechter zijaanzicht van de glimlach van de patiënte na het plaatsen van de restauraties. | Afb. 40 : Postoperatieve foto van de bovenste incisieven na een week. | Afb. 41 : Vooraanzicht van de glimlach van de patiënte na de behandeling. | Afb. 42 : Postoperatieve foto van het linker zijaanzicht van de glimlach van de patiënte na een week. | Afb. 43 : Postoperatieve foto van het rechter zijaanzicht van de glimlach van de patiënte na een week. | Afb. 44 : De gingiva rond tanden 21, 11 en 12 is gezonder dan de gingiva rond de andere tanden. De foto werd zeven jaar na de restauratiebehandeling genomen. | Afb. 45 en 46 : Follow-up afspraak na zeven jaar: de gingiva van de bovenincisieven is gezond. | Afb. 47 a en b : Vergelijking van de postoperatieve foto na zeven jaar (links) met de foto die onmiddellijk na de behandeling werd genomen (rechts): de vorm en de positie van de gingiva rond tanden 21 en 12 zijn duidelijk stabiel gebleven. 47b