Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition No.6, 2016

DENTAL TRIBUNE NEDERLANDSE EDITIE AUGUSTUS 2016 Media/FEUILLETON 23 Toen Patrick Soetewey op een maandagochtend aan zijn ontbijt zat, vond hij een harde verrassing in zijn walnotenkoek: hij bleek op een kroon te hebben gebeten. Tot zijn grote verbazing vond hij zelfs nog een tweede tand in dezelfde koek. De Belg kon er in eerste instantie om lachen, tot hij besefte dat de tanden afkomstig was uit de mond van een ander. “Wie weet wat voor ziektes je oploopt door op andermans tand te bijten?” verzuchtte hij tegen de media. De Spar, waar Soetewey de koek kocht, betreurt het voorval en is een onderzoek gestart. HET BELANG VAN LIMBURG, 7-6-’16 Doe-het-zelftandheelkunde naar een nieuw niveau gebracht: een Cana- dese man besloot de door hem zelf geboetseerde tanden aan te bieden op Craigslist. Matthew Ronald Block hielp met zijn knutselwerk al eerder zijn vriendin die een gebitsafwijking heeft. “Ze is in staat alles te doen wat ze ook zou kunnen met een ‘normaal’ gebit,” zegt Block in de advertentie. Aan een privédetective, ingehuurd door een tandheelkundige vereniging, bevestigde de Canadees dat hij geen tandarts is. Hij liet de ‘patiënt’ bijten in een vorm gevuld met ­Sculpey-klei, een soort die veel wordt gebruikt door hobbyisten voor kunstvoorwerpen. Die bijtafdruk bakt hij daarna af en beschildert hij met glazuur. Volgens Block rea- geerde een verrassend groot aantal mensen op zijn advertentie. Die is inmiddels verwijderd. METRO, 15-6-’16 Bij een tijger van ruim 100 kilo blijf je meestal liever uit de buurt, zeker als het beest razend is door tandpijn. Veterinair tandarts Alex Smithson, die tevens mensen behandelt, bleef echter kalm. De achtjarige Alyona was dan ook diep in slaap toen de tandarts zijn wortelkanaalbehande- ling bij haar begon. Alle vier van haar twaalf centimeter lange tanden moesten worden behandeld. De tandarts werd tijdens de complexe operatie bijgestaan door drie dieren- artsen, drie dierenverzorgers en drie veterinair verpleegkundigen. Alyona had twee aparte behandelingen nodig om de tandpijn te verlichten, maar stapt nu weer gezond door het Big Cat House van Blackpool Zoo. MIRROR, 8-7-’16 Veel mensen zijn bang voor de tand- arts, maar sommigen zijn zo angstig dat ze zelfs niet durven gaan wan- neer hun tanden beginnen uit te val- len. De Engelse Angie Barlow greep daarom naar een onconventionele oplossing: ze plakte de uitgevallen element met superlijm gewoon terug in haar mond. Tien jaar lang hield ze dit vol. Toen ze uiteindelijk toch bij een tandarts aanklopte, bleken de giftige chemicaliën 90 procent van haar bovenkaakbeen te hebben geruïneerd. Uiteindelijk moesten de tandartsen elf elementen verwijde- ren en zes titanium pinnen plaatsen om de protheses aan te bevestigen. Barlow verklaarde dat ze altijd bang was geweest voor de tandarts sinds haar moeder was overleden aan keelkanker. De ziekte werd bij haar ontdekt tijdens een tandartsbezoek. METRO UK, 2-6-’16 Nieuwsflits Tandartsverhalen Geen patiënt is hetzelfde, in het bijzonder voor wie overwegend angstige en complexe patiënten in de stoel krijgt. Em. prof. dr. M.A.J. (Michiel) Eijkman besloot de meest bijzondere tandartsverhalen uit zijn lange loopbaan als tandarts op te schrijven. Behalve dat Eijkman zich in de verhalen ontpopt als rasverteller, geven zij ook een boeiend inkijkje in een periode waarin tandartsen zich een groot deel van de dag bezig- hielden met ‘EHBO-tandheelkunde’: pijnopheffing door het trekken van carieuze tanden en kiezen en het maken van volledige protheses en amalgaamvullingen. In deze tweede aflevering verschijnt een licht ontvlambare psychiatrisch patiënt bij Eijkman in de stoel. Na een voorzichtige benadering gaat het aanvankelijk goed, maar voor hoelang…? Oppassen, dokter! Een hoofdverpleegkundige van een psychiatrische inrichting bel­ de mij op met de vraag of ik een patiënt uit haar kliniek kon be­ handelen. De man had een slecht functionerend kunstgebit, maar liet tandheelkundige behande­ lingen eigenlijk niet toe. Hij had een zeer agressieve persoonlijk­ heid met een sadistische inslag. Zijn vrouw was in het verleden meermalen ernstig door hem vernederd, gekweld en soms mis­ handeld. Daardoor was de man, ondanks intensieve psychothera­ peutische behandelingen, uitein­ delijk in de kliniek opgenomen. De verpleegkundige was erg spraakzaam. Zij legde uit dat er, naast zijn gestoorde persoon­ lijkheid, iets tegenstrijdigs in de man was te bespeuren. Hij kon buitengewoon aardig, zelfs char­ mant zijn, maar ook kon hij plot­ seling zeer gemeen worden, gaan slaan of zelfs bijten, zozeer dat een dwangbuis soms noodzake­ lijk bleek. Een ander merkwaardig feit was dat de man een hond had waarop hij onwaarschijnlijk dol was. Volgens de verpleegkundige was de man ervan overtuigd dat als een baas een hond kiest, dit dier op den duur het karakter van zijn baas op een zekere manier kon weerspiegelen, en zelfs een beetje op zijn baas ging lijken. Wanneer de man wekelijks bezoek kreeg van zijn zoon, nam deze dikwijls de hond met zich mee. Vooral om zijn vader een plezier te doen. De vader werd dan bijna euforisch en zijn hond eveneens. De bastaardhond was kort geknipt, keurig geborsteld, middelgroot, had een stevig on­ derstel en forse kaken. Volgens één van de verpleegkundigen, die eenmaal door de hond was aange­ vallen, had het beest een valse blik in de ogen. Maar anderen vonden de hond eigenlijk wel lief. Als hij eenmaal een zuster kende, kwis­ pelde het beest en ging rustig op de grond zitten. De verpleegkundige vroeg of ik wilde proberen de man aan een nieuw kunstgebit te helpen. De man kon slecht kauwen, deed zijn prothese tijdens de maaltij­ den vaak uit en slikte zijn voed­ sel met brokken naar binnen. Als ik de man wilde behandelen, ga­ randeerde zij dat de man onder begeleiding van één van de ver­ pleegkundigen bij mij in de prak­ tijk zou komen. Verder zou men de man alleen in rustige perioden van zijn aandoening naar mij toe­ sturen. Wij maakten een afspraak voor acht zittingen. Tijdens de eerste afspraak verscheen de man in­ derdaad met een verpleegkundige aan zijn zijde in de praktijk. Ik vroeg de man of hij eerst aan een tafeltje in de spreekkamer wilde gaan zitten. Terwijl hij daaraan gehoor gaf, zei de verpleegkun­ dige zachtjes: “Oppassen, dokter.” Het was een korte, stevig ge­ bouwde man van 58 jaar oud, met een kort geknipt, borstelachtig kapsel en grijsblauwe ogen die mij enigszins dof aankeken. Hij zag er keurig gekleed uit. Grijs pak met vest, een netjes gestreken over­ hemd en daarop een fraaie grijze das. Hij sprak zacht, maar duide­ lijk. Vanaf zijn dertigste jaar droeg hij een kunstgebit dat nooit was vervangen. Met praten vloog het gebit vaak los, kauwen was moei­ lijk en de tanden waren grijsbruin van kleur. Hij was het met de ver­ pleegkundigen en verzorgenden eens dat hij aan een nieuw gebit toe was. Bij het mondonderzoek, dat de man rustig in de behandelstoel toeliet, bleek inderdaad dat de prothese nodig toe was aan ver­ vanging. Tegen het maken van de eerste afdrukken van de kaken had hij geen bezwaar; ook de ver­ pleegkundige gaf aan dat die han­ deling volgens haar best kon wor­ den uitgevoerd. De man liet zich die eerste keer verbazingwekkend gemakkelijk behandelen, zelfs toen het afdrukmateriaal op de afdruklepels in zijn mond werd aangebracht. Bij de volgende bezoeken werd de man spraakzamer. Hij was boekhouder geweest bij een groot kledingbedrijf en had het daar erg naar zijn zin gehad. Onze behan­ delrelatie leek uitstekend en bij de derde zitting begon hij, zoals de hoofdverpleegkundige al had aangekondigd, over zijn hond te praten. Hij toonde een foto van het dier en merkte daarbij met een lachje op dat zijn hond geluk­ kig geen kunstgebit nodig had. Tijdens de vierde behandelzit­ ting, waarbij beetplaten werden gebruikt om de relatie tussen zijn boven- en onderkaak te bepalen, ging ik voor hem staan om een goede indruk te krijgen van de stand van zijn kaken en daarnaast te bepalen hoe de stand van zijn tanden zou moeten worden. Aan­ dachtig bekeek ik zijn gezicht. Toen gebeurde er iets volkomen onverwachts. De voorheen zo rustige man schoot overeind en gaf me twee flinke tikken in het gezicht, terwijl hij schreeuwde: ”Nu ben je te ver gegaan, manne­ tje!” Hij greep mijn arm om daar kennelijk zijn tandeloze kaken in te zetten. Gelukkig kon ik mij tij­ dig lostrekken. Ik was verbluft en voelde aan mijn pijnlijke gezicht. Nu sprong de verpleegkundige te hulp. Zij kalmeerde de man en ik staakte de behandeling. Schel­ dend verliet mijn patiënt de be­ handelkamer. De dokter had niet opgepast! Later op de dag belde de hoofd­ verpleegkundige van de kliniek. Men had de man gekalmeerd en we kwamen overeen dat ik de man zou afbehandelen. Wel spra­ ken we af dat de man voldoende psychofarmaca toegediend zou krijgen. Bij de volgende afspraak leek het alsof de uitspatting nooit had plaatsgevonden. De man was even rustig als bij de eerste be­ handelingen en refereerde niet aan het gebeurde. Op mijn beurt leek het me verstandig niet meer voor hem te gaan staan. Twee we­ ken later kreeg de man zijn nieu­ we kunstgebit, waarmee hij zich, ook na twee controles, tevreden toonde. Na de afbehandeling van deze man peinsde ik nog vaak over waarom hij plotseling zo agressief werd. Uiteindelijk kwam de ge­ dachte in me op dat de hoofdver­ pleegkundige mij, bij ons eerste gesprek, had verteld dat de man ervan overtuigd was dat een hond op den duur op zijn baas ging lijken. Zou ook het omgekeerde kunnen voorkomen? Immers, vol­ gens een van de verpleegkundi­ gen was de betreffende hond een vals beest. Had er een hond bij mij in de tandartsstoel gezeten, dan was het niet onlogisch dat hij zou bijten omdat hij zich door mijn starende blik aangevallen voelde. Ja, alles duidde op een merkwaar­ dige gelijkenis tussen dit dier en zijn zieke baas. Em. prof. dr. Michiel Eijkman. “Ineens gebeurde er iets volkomen onverwachts” 2 Philips lanceert ‘slimme’ tandenborstel voor volwassenen EINDHOVEN Na de Philips ­Sonicare tandenborstel voor kinderen kun­ nen nu ook volwassenen hun poetsgedrag digitaal bijhouden. De recent gelanceerde Sonicare FlexCare Platinum Connected is volgens Philips de eerste ‘slimme’ tandenborstel voor volwassenen. De tandenborstel is uitgerust met sensoren. Die sturen hun be­ vindingen via bluetooth naar een app op de smartphone of tablet. Met sensortechnologie wordt bij­ gehouden hoe lang er gepoetst is, maar ook waar in de mond. Zo kunnen de gebieden in de mond die tijdens een poetsbeurt zijn overgeslagen in kaart worden ge­ bracht. Naast de driedimensionale plattegrond van de mond toont de app ook andere informatie. Bijvoor­ beeld of te hard wordt gepoetst, en wanneer de borstelkop dient te worden vervangen. Connected Philips is ervan overtuigd dat de toekomst van mondverzorging ‘connected’ is. Volgens onderzoek van Philips heeft 90 procent van de wereldbevolking weleens last van kwalen in de mond of aan het gebit. Het concern denkt dat betekenisvolle data over iemands mondverzorging daarbij kunnen helpen. “De mond is de entree van het lichaam”, stelt topman ­Egbert van Acht van Health & Wellness bij ­Philips. (bron: Eindhovens ­Dagblad) De slimme tandenborstel toont op de smartphone welke delen van de mond nog niet gepoetst zijn. (beeld: Philips)

Pages Overview