Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition No.1, 2016

www.dental-tribune.nl DENTAL TRIBUNE The World's Dental Newspaper - Netherlands Edition Gebitsrisico’s in ­Amsterdam Druk fietsverkeer en ­ tramrails leidt tot ­kaakbreuken Pagina 2 De juiste werklengte Tips voor de ­ endodontische behandeling Pagina 16-17 Werken zonder spittoon “ Prettiger voor tandarts en patiënt” Pagina 20 jaargang 6 | nummer 1 februari 2016 SHOPPEN VOOR WIE MEER WIL. DENTALMAN.COM IT’S A PLEASURE – ALL DAY LONG. dentalman.com is een smaakvolle manier om tandheelkundige pro- ducten te kopen, waarbij esthetische kwaliteiten hand in hand gaan met technische vereisten. U vindt op dentalman.com zowel voor de praktijk als voor het laboratorium alles wat u elke dag nodig hebt. Maar dentalman. com is meer: namelijk de kunst om van het leven te genieten. Daarom combineert dentalman.com de verkoop van materialen met exclusieve ontdekkingen voor meer lifestyle. “Halitose is vooral het terrein van de tandarts” Prof. dr. Edwin Winkel: “Het is ontzettend belonend om iemand zijn zelfvertrouwen terug te geven.” (foto: Job Schlingemann) Tandartsen kiezen voor ­alternatief richtlijninstituut TEKST: BEN ADRIAANSE NIEUWEGEIN – Op de ­ Algemene Vergadering (AV) van de KNMT op 11 december hebben de aanwezige tandartsen inge- stemd met de oprichting van de ­ Nederlandse Vereniging Prak- tijkstandaarden Mondzorg (NVPM). Een week later is de op- richting bekrachtigd, waardoor er definitief sprake is van twee afzonderlijke richtlijninstituten voor de mondzorg: het Kennis- instituut Mondzorg (KiMo) en de NVPM. De afgelopen maanden schre- ven we over de openlijke discus- sies – soms zelfs “mediaoorlog” genoemd – tussen enerzijds de Federatie van Tandheelkundig Wetenschappelijke Verenigingen (FTW) en anderzijds KNMT en ANT. ­ Cruciaal was dat tijdens de AV op 11 december voor het eerst de mening van de beroepsgroep zelf gepeild werd. Met de keu- ze voor de NVPM gaven tand- artsen een duidelijk signaal af: zij zijn het oneens met de opzet en statuten van het KiMo zoals die na jarenlang overleg door de ­wetenschappelijke ­verenigingen, universiteiten en ­ aanvankelijk ook de beroepsverenigingen KNMT en ANT waren opgesteld. Wel verzochten zij de KNMT in gesprek te gaan met het KiMo over een mogelijke ­ fusie, ­ omdat ook de leden aangaven het be- staan van meerdere richtlijn- instituten, met alle mogelijke verwarring en vertragingen van dien, zeer ongewenst te vinden. De weerstand vindt vooral zijn oorsprong in de (vermeende) ­ beperkte inspraak voor tandart- sen binnen de stichtingsvorm van het KiMo. Hierdoor zou het volgens de twee beroepsvereni- gingen niet gaan om richtlijnen voor en door tandartsen, maar ontstaat de indruk dat zij van ­ bovenaf aan de beroepsgroep worden opgelegd. KNMT en ANT wijzen in dit verband op de organisatie bij bijvoorbeeld huis- artsen, waar richtlijninstituut NHG een verenigingsstructuur kent en de leden (huisartsen) zich nauw betrokken en gehoord voelen. Het volharden van de KNMT- leden richting de NVPM was iet- wat opmerkelijk, aangezien zelfs nog tijdens de AV diverse hand- reikingen door het KiMo werden gedaan om tot een compromis te komen. De aanwezige voorzit- ter van de FTW en voorzitter a.i. van het KiMo, Rob Burgersdijk, stelde na een schorsing onder meer voor het KiMo een federa- tiestructuur te geven. Daarnaast zou het ‘nieuwe’ KiMo een alge- mene ­ ledenvergadering krijgen waar alle zelfstandig ­ werkzame mondzorgverleners welkom zijn en die het recht krijgt opgestel- de richtlijnen terug te sturen als deze onvoldoende draagvlak hebben in het veld. Ook zou on- der andere de Raad van Toezicht worden uitgebreid met twee of drie tandarts-leden. > lees verder op pagina 2 VAN DE REDACTIE AMSTERDAM – “Heeft u weleens last van slechte adem?” Het is een vraag die veel tandartsen niet zonder enige schroom stel- len. Op weinig mondproble- men rust zo’n sterk taboe als op ­ halitose, ­ ofwel slechte adem. ­ Patiënten ­ durven er niet over te beginnen, of ­ denken dat ze voor dit probleem bij de huisarts moeten zijn. Maar ook tandart- sen laten het onderwerp regel- matig liggen, omdat zij ­ denken dat het ter sprake ­ brengen pijn- lijk is voor de ­ patiënt. Volgens prof. dr. Edwin ­ Winkel –déhalitose-expertinNederland– is dit jammer, ­ omdat de tandarts een grote rol kan spelen bij het verhelpen van halitose en dit een enorme boost kan geven aan het privéleven van een patiënt. “Mijn ideaal is dat het controleren op halitose in het standaard perio- diek mondonderzoek wordt opge- nomen,” aldus de bijzonder hoog- leraar speciële ­ parodontologie (UMCG) in een interview met Dental ­ Tribune (zie pagina 5-8). De overgrote meerderheid van de halitosegevallen heeft immers een intraorale oorsprong. Vooral bij tandartsen verdient de situ- atie verbetering. Winkel: “Ik heb de indruk dat bij mondhygiënis- ten het besef van de noodzaak van deze standaard-onderzoeken groter is, waarschijnlijk doordat zij meer bezig zijn met preventie en de mond­ gezondheid.” Hoe halitose te integreren in de periodieke controle? Aller- eerst moet het onderwerp wor- den opgenomen in de anamnese. Daarnaast signaleert Winkel dat de grote boosdoener bij halitose, de tong, vaak wordt genegeerd. Vervolgens kan zowel de ernst als de oorsprong van de halito- se bepaald worden door aan de adem van de patiënt te ruiken. Op ­ pagina 10 vindt u een frag- ment uit het recent verschenen nascholingsprogramma Halitose van AccreDidact, waarin u kunt lezen over de voor- en nadelen van de belangrijkste behandel- opties. Zo kan dagelijkse tong- reiniging met een tongschra- per uitkomst bieden, eventueel aangevuld met een mondspoel­ middel. Al met al heeft de tandarts te- genwoordig allerlei middelen om halitose te lijf te gaan. “Het is niet altijd even fris en boven- dien psychologisch zwaar werk, maar het is ontzettend belonend om iemand zijn zelfvertrou- wen terug te ­ geven,” benadrukt ­Winkel.  ■ Je geeft iemand zijn zelfvertrouwen terug Er is nu definitief sprake van twee richtlijninstituten

Pages Overview