Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition No.2, 2016

8 Interview dental tribune - netherlands edition maart 2016 Tegenwoordig merk ik dat stu- denten tandheelkunde, maar ook afgestudeerde tandartsen, erg openstaan voor overleg, sug- gesties en feedback. De techniek stelt ons in staat om veel sneller en beter met elkaar te communi- ceren. Ik heb bijvoorbeeld zojuist een digitaal ontwerp van onze designafdeling gemaild naar een tandarts. Die kijkt ernaar, geeft aan waar eventueel iets aange- past moet worden, stuurt zijn wensen terug en het lab produ- ceert direct volgens zijn aanwij- zingen. Vroeger was dat ondenk- baar. Dan ging iemand zitten solderen en gieten en vervolgens was het maar afwachten of het eindresultaat goed was. Nu kun je in een heel vroeg stadium tes- ten en bijsturen. Vindt u het een meerwaarde dat een tandtechnicus onder één dak werkt met behan- delend tandartsen? Die is er zeker, maar of het ook in de toekomst haalbaar zal zijn, is de vraag. Voor het maken van een kroon zijn tegenwoordig veel minder handelingen nodig dan voorheen. Dus als je als tandarts nog steeds een tandtechnicus in dienst wilt hebben, zul je ofwel veel meer techniekwerk moe- ten hebben of je hebt iemand in dienst die de helft van de tijd dui- men zit te draaien. Wel blijft het belangrijk dat je als tandtechni- cus regelmatig persoonlijk over- leg hebt met de tandarts. Daarom reis ik nog veel rond naar ver- schillende tandartsen. In hoeverre gaan digitale ontwikkelingen de relatie tussen tandarts en tand- technicus veranderen? Met name op het gebied van com- municatie en voorspelbaarheid verandert veel. Ik durf nu te zeg- gen dat ik, als wij iets frezen uit één deel op basis van een digitale afdruk, bij voorbaat weet dat het goed is. Want dat gebeurt met een freesmachine die met een nauw- keurigheid van 10 micron kan fre- zen. Ik maak me daar geen zorgen meer over. Terwijl je in het tradi- tionele proces moest modelleren, inwassen, gips werken, inbedden, gieten, afwerken. Toen kon er wel- eens iets misgaan. Tegenwoordig kun je ook naar de patiënt veel meer doen. Je kunt digitale plan- ningen maken zoals ‘digital smile design’, en dit aan de patiënt laten zien, zodat hij weet hoe het resul- taat er uit kan zien. Vindt u het resultaat van digitaal afdrukken altijd beter dan van ‘happen’? Een digitale afdruk sec is geen garantie voor een goede kwali- teit. Maar een digitale afdruk kun je vergroten op een scherm en daarmee beter en preciezer be- oordelen. Als je perfecte omstan- digheden creëert, kun je met een analoge afdruk een negen of zelfs een tien halen. Maar de gevoelig- heid voor fouten en oneffenheden is groter. Ik denk dat de gemid- delde tandarts vooral constan- ter gaat produceren op basis van digitale afdrukken. Je hebt meer controle over het proces en het is minder bewerkelijk. Uw bedrijf Dental Elysee Groep is ook aanwezig op Dental Expo. Wat gaat u daar presenteren? Wij presenteren onder meer een nieuwe intraorale scanner voor € 16.900. In het verleden was prijs een issue, maar dit soort bedra- gen kun je als tandarts snel te- rugverdienen als je kijkt naar tijdwinst en materiaalgebruik. Worden freesmachines vervangen door 3D-printers? Voor bepaalde typen werkstuk- ken wel. Een freesmachine zal altijd nauwkeuriger zijn dan een 3D-print. Een freesmachine kan tot een nauwkeurigheid fre- zen van tot wel 5 micron. Voor (tijdelijke) kronen, boorsjablo- nen, implantaten en splinten zal 3D-printen voldoen. Maar bij heel nauwkeurig kroon- en brugwerk en grote overspanningen zijn we met 3D-printen nog niet op het punt dat dit voorspelbaar en met de gewenste precisie mogelijk is. Printen gebeurt eigenlijk alweer vrij lang. Printers worden steeds bereikbaarder en goedkoper, maar de nauwkeurigheid neemt de laatste jaren nauwelijks toe. Freesmachines zullen voorlopig dus nodig blijven. Is met de hand afwerken nog wel nodig met de huidige technologie? Ja. Dat heeft erg te maken met de esthetische wensen en eisen. Wij kunnen zaken nu bijna geheel digitaal vervaardigen, dan hoeft er alleen nog met de hand een glanslaagje op te worden aange- bracht. Werk je in de esthetische zone, dus meer in het front, dan moet je vaak nog laagjes opbou- wen met porselein en zit er meer handwerk in. Hoe hoger de esthe- tische eisen, hoe meer handen- arbeid nodig is. Worden met machines die steeds kleiner en sneller worden, en dus in een gewone tandartspraktijk kunnen staan, tandtechnici overbodig? Printen zal straks in de tandarts- praktijk voor tijdelijke voorzienin- gen een goede optie zijn, dus dan heb je minder tandtechnici no- dig. Als tandtechnisch laborato- rium moet je kijken waar je juist wel nodig bent. En dan gaat het om kennis, ondersteuning, esthe- tisch werk, implantaatwerkstuk- ken. Je kunt je zelfs voorstellen dat een tandarts een patiënt in de stoel heeft, de tandarts maakt een scan, de scan gaat naar het lab, daar zit iemand die de hele dag niets anders doet dan kroon- tjes ontwerpen, die ontwerpt de kroon, drukt op een knopje en in de praktijk komt een tijdelijke kroon uit de printer rollen. Kan het ontwerpen ook geautomatiseerd worden? Gedeeltelijk. Bij het maken van een design maak je nu al gebruik van templates uit een digitale bi- bliotheek die je vervolgens op maat maakt. Het wordt allemaal steeds makkelijker, minder be- werkelijk, het kost steeds minder tijd. Daarom heb je schaalgrootte nodig, heel veel werk dat binnen- komt, om iemand aan het werk te houden. Waar de tandtechnicus vroeger misschien zeven kronen deed per dag, moet hij er straks vijftig kunnen ontwerpen. Welke recente ontwikke- lingen beschouwt u als revolutionair? Wij lopen in Nederland voor op de rest van de wereld. Scannen, frezen en printen vinden wij nor- maal, maar zijn dat in andere landen absoluut nog niet. Wij werken hier op een hoog niveau. We kunnen implantaatplannin- gen maken, boorsjablonen, uit- gebreide behandelplanningen op basis van 3D-layeren, etcetera. Ik denk dat we nog grote ontwikke- lingen gaan krijgen in de prothe- tiek die gedigitaliseerd zal wor- den. Daar zal de printtechniek ook erg belangrijk worden. Worden prothesen niet juist steeds zeldzamer? We zien dat onder invloed van de recessie meer mensen een (im- mediaat)prothese nodig hebben. De prothese maakt hierdoor een soort revival door. Bovendien worden mensen op lange termijn steeds ouder. Het is wel zo dat we langer dentaat blijven, maar er komt een leeftijd waarop we niet meer in staat zijn alles schoon te houden. En we weten dat mond- gezondheid de totale gezondheid beïnvloedt. Dit zal ervoor zorgen dat er de komende tijd, mede door minder tijd in de verzorging en het feit dat de verpleging niet in staat is om voor een goede mond- hygiëne te zorgen, lastige beslis- singen genomen moeten worden. Welke nieuwe digitale toepassing verdient een plaats in elke tandartspraktijk? Ik denk dat digitale fotografie al heel belangrijk is en dat digitaal afdrukken straks in iedere tand- artspraktijk zal plaatsvinden. Dat is nu nog niet het geval, al gaat het wel steeds sneller. Toch zijn velen nog afwachtend, met het gevaar dat de werkelijkheid ze zal inhalen. Voorheen kocht je als tandarts een tandartsstoel en wij kochten een gietapparaat en por- selein, en daar deden we ons hele leven mee. Nu moet je investeren in scanners, freesmachines en printers en die moet je allemaal na drie jaar afgeschreven heb- ben. Dat is een andere manier van denken en werken. Ik denk dat ie- dere tandartspraktijk een investe- ringsplanning moet maken. Als je dat niet doet, kun je niet meer meekomen. Hoe ziet de tandheelkunde er over twintig jaar uit? Ik vraag vaak aan studenten tandheelkunde waarom ze tand- arts willen worden. Dan komen er antwoorden als: zelfstandigheid, met patiënten werken, medisch bezig zijn, met je handen werken. Vervolgens vraag ik: hoe ga je dat dan doen? Want de solopraktijk bestaat niet meer. Dus je wordt ofwel iemand die een bedrijf runt en daarbij ook nog tandarts is, of je gaat in loondienst werken in een groepspraktijk. Daarbij komt dat er steeds meer verwezen wordt door de tandarts naar parodontologen, endodon- tologen, implantologen, kaakchi- rurgen, maar ook naar mondhygi- enisten en preventie-assistenten. De tandarts wordt steeds meer ‘mondarts’ en de overheid sti- muleert dat ook. Wat ben je zelf dan nog als tandarts over twin- tig jaar? Misschien loop je als pa- tiënt tegen die tijd wel binnen bij een tandarts zoals je nu bij een opticien binnenloopt, om even te meten wat er nodig is en welke specialist er ingeschakeld moet worden. In ieder geval geldt voor de tandarts net als voor de tand- technicus dat hij heel bewust moet nadenken over de toege- voegde waarde die hij straks nog in de keten kan en wil hebben. Gaat de tandheelkunde door alle digitale innovatie duur- der of juist betaalbaarder worden voor de patiënt en de overheid? Betaalbaarder. Wij leveren nu vanuit ons freescentrum in Em- merich een complete kroon voor 89 euro. Daarbij gebruiken we gewoon alle bekende merken. Waar we eerst productie out- sourceten richting China, zie je nu een tegengestelde beweging waarbij we, onder invloed van de nieuwe digitale mogelijkhe- den, deze weer reshoren richting Europa.■ > vervolg van pagina 6 Ontwerpen van twee onderstructuren voor opgebakken zirkoniumoxide-kronen. Een planning door middel van Digital Smile Design. (met dank aan Patrick Oosterwijk) Digitaal kroonontwerp. Implantaatplanning door samenvoegen van cone beam CT, een ingescand model en opstelling.

Pages Overview