DENTAL TRIBUNE VLAAMSE EDITIE NOVEMBER 2021 INTERVIEw/columN 3 nieuwe ontwikkelingen vaak een beroep op de industrie moeten doen. Ik ben blij dat er vanuit de industrie een grote belangstel- ling is voor universitair onderzoek naar hun producten en diensten. Ze zien ons al referentiecentrum. Als hun producten een goede beoordeling krijgen van ons heeft dat zijn doorwerking naar de alge- mene praktijken. We zijn voor inno- vatie dus wel afhankelijk van elkaar en daarom vind ik samenwerking zo belangrijk. Als universiteit moeten we natuurlijk wel objectief en onaf- hankelijk onderzoek kunnen doen. Wat is een innovatieve tandarts en zou u zichzelf zo noemen? Een innovatieve tandarts is ie- mand die probeert mee te gaan met de laatste ontwikkelingen, die het maximale probeert te halen uit technologische toepassingen en die dat probeert te implementeren in de dagelijkse praktijk. Het is ook iemand die een beetje out of the box kan denken en die creatief probeert om te gaan met de technologie. Je kunt een mondscanner bijvoorbeeld niet alleen gebruiken om een digi- tale scan te maken maar ook inzet- ten als communicatiemiddel met de patiënt of voor het volgen van gebitsslijtage. Ik probeer zelf ook het maximale te halen uit nieuwe toepassingen. In die zin probeer ik zeker een innovatieve tandarts te zijn. buiten, met een tintelend lijf en leden en met een gelukzalig gevoel van top tot teen. Ik was een beetje verlegen toen ik terug op de stoep stond, en keek wat om me heen om te zien of niemand mij betrapt had terwijl ik daar stond te stralen met blosjes op de wangen. Een mens krijgt al snel verkeerde gedachten. Ik heb dus nu regelmatig een ge- heime rendez-vous met dr. T. Groot onderhoud, klein onderhoud, kan mij niet schelen. Ik moet er best ver voor omrijden maar zelfs mijn patienten varen er wel bij, want nu zit er geen kreunend scheef mens meer over hen gebogen en dat mens durft al eens een muziekje te neu- riën tijdens een rootplaning, zoo content dat dat mens is. Dankjewel, dr. T. ADVERTENTIE Cytoplast TXT-200 vanaf Q 43,70** per stuk * Evaluation of a Dense PTFE Membrane to increase Keratinzed Tissue - Eliane Porto Barboza et al. - Implant Dent. / Vol 23, number 3, 2014. ** Prijs o.b.v. bulkverpakking TXT-200 singles á 10 stuks t.w.v. € 437,00 (excl. 9% BTW), membraangrootte 12x24 mm (zonder titanium versterking). Situatie na implantatie en verwijdering van het healing abutment (7 maanden na extractie). Let op de brede zone van gekeratiniseerd weefsel. Vervolg van pagina 1, interview Stefan Vandeweghe Pas de laatste jaren is er veel meer mogelijk, tot het volledig scannen van de hele kaak. Maar nog steeds is er een aantal indicaties dat nog niet kan worden opgelost met een digitale mondscanner. Veel tand- artsen hebben gewacht tot alles of bijna alles mogelijk was. Wat werkt bevorderend of juist belemmerend voor implemen- tatie van innovaties? Ten eerste de kostprijs. Heel belang- rijk is ook een goede en betrouw- bare ondersteuning van de indus- trie bij de introductie van nieuwe technieken. Ook de tandtechnische laboratoria moeten kunnen werken met die systemen. Het wordt wel heel eenvoudig voorgesteld dat alle systemen open zijn, maar vaak blij- ken de nodige aanpassingen nodig in de software die wordt gebruikt. In de digitale workflow kunnen ob- stakels zitten en softwareprogram- ma’s communiceren niet altijd even goed met elkaar. Hoe is het gebruik van de digitale mondscanner in uw eigen tandheelkundige praktijk in Gent? Daar heb ik een mondscanner staan en probeer ik zoveel mogelijk alles digitaal uit te voeren. Ik vind het belangrijk om nieuwe zaken uit te proberen en te implementeren. Wat de toepassing betreft proberen we daar zelf dus heel innovatief in te zijn en er het maximale uit te halen. Zijn er in de tandheelkunde ook nieuwe technieken of innovaties geweest die het uiteindelijk toch niet hebben gehaald? Er zijn wel restauratieve materialen geweest die in het begin heel veelbe- lovend leken, met name de hybride materialen die zijn samengesteld uit keramiek en composiet. Ik zeg niet dat ze slecht zijn, maar de indicatie van sommige materialen bleek toch beperkter dan aanvankelijk werd ge- dacht, bijvoorbeeld op het vlak van de esthetiek, sterkte en verwerking. Uiteindelijk wogen de voordelen van veel van die materialen niet op te- gen de nadelen. De toepassing is dus beperkt gebleven. Een ander voor- beeld is de laser. Ik denk dat er wel een aantal potentiële voordelen aan zijn, maar het blijft een heel dure aankoop. De werking ervan, zeker bij preparaties, gaat een stuk trager. Ook hier wegen de kosten niet op tegen de baten. Waarom is het zo belangrijk dat het vakgebied innoveert? Omdat stilstand achteruitgang is. Zeker in de restauratieve tandheel- kunde zijn er nog verbeteringen mogelijk. Het is nog niet allemaal perfect. Materialen kunnen nog beter, bijvoorbeeld nog sterker of esthetischer en met een betere ver- werking. Ook de workflow kan nog sneller en efficiënter. We kunnen nog accurater en meer voorspelbaar gaan werken. Daarmee gaat dan ook onze kwaliteit omhoog. Op welke grotere innovaties ‘zit u te wachten’? De ultrasone mondscanner waar- mee je door het tandvlees kan scannen, is een mooie toevoeging. Dergelijke technologieën is men in Duitsland al aan het ontwikkelen, maar dat loopt nog niet van een leien dakje. Momenteel is men nog niet zo ver om een commer cieel product op de markt te kunnen brengen. Waar ik ook wel een beet- je naar uitkijk is de artificiële intel- ligentie (AI) en augmented reality. Daarmee kan de computer een stuk van je taken overnemen. Het is bij- voorbeeld mogelijk dat op basis van de radiografische beelden de com- puter zelf een diagnose gaat stellen of problemen kan detecteren. Met augmented reality kun je bijvoor- beeld in 3D werken en in realtime de patiënt laten zien hoe zijn gebit kan worden. Dat kan zeker in de praktijk een meerwaarde hebben. Is de robottandarts denkbaar? Ik denk niet dat een robot de tand- arts gaat vervangen, maar dat de tandarts wel meer en meer een goe- de ondersteuning zal krijgen van de technologie, niet alleen in het uit- voeren maar ook in de diagnose en in de communicatie met de patiënt. Is er in de tandheelkunde voldoende aandacht en geld voor innovatie? Ik denk dat dat in België toch vrij beperkt is. Heel veel technologie bestaat al, maar wordt bijvoorbeeld in de industrie op een heel andere schaal toegepast dan de tandheel- kunde. Het is eigenlijk onbetaalbaar om dat ook in de tandheelkunde te implementeren. Bij toekenning van budgetten zitten we in hetzelfde laatje als de geneeskunde. Dan boks je bijvoorbeeld op tegen onder- zoeksvoorstellen voor kanker. Die hebben natuurlijk toch een grotere maatschappelijke waarde. Tand- heelkunde krijgt dan vaak niet de eerste prioriteit. Betekent dat dat initiatieven vooral vanuit de industrie moeten komen? Dat klopt wel. Ik denk dat we voor Column Hilde Devlieger toe komt er dan iets uit de bus. Een van de tips was en is nog steeds dr. T, nee, niet die van ‘Dr. T and the women’ (gewéldige film trouwens met een zwaar geplaagde Richard Gere) maar een osteopaat. Arts van basisopleiding en nu een andere weg ingeslagen na heel wat top- opleidingen. Ik was natuurlijk ui- terst wantrouwig want je moet toch maar aan al je botten en gewrichten laten ‘prutsen’ en zou hij wel weten hoe het moest en misschien kraakt hij wél zo hard dat mijn pijn erger zou worden. Soit, ik ging dus gewel- dig open-minded naar hem toe voor een consult. Een half uurtje later stond ik terug Rendez-vous Pakweg tien jaar geleden was ik natuurlijk nog een stuk frisser dan nu, omgekeerd zou verdacht zijn. Ook lijf en leden durven tegenwoor- dig al eens te protesteren: mijn nek, rug , pols, elleboog, schouder en alle mogelijke aangehechte spier- en peesgroepen laten op tijd en stond weten dat ze al geruime tijd overbe- last zijn. Dat uit zich in alle soorten pijntjes, gaande van een licht zeu- rend ongemakje over een stekende behoorlijk ergerlijke pijn tot aan een eindeloos durende branderige spierkramp. Zo kan je natuurlijk niet werken. Ik had al eens een cursus ergonomie gevolgd bij zo’n patser die uiteinde- lijk enkel sponsor van een bepaald stoelenmerk bleek te zijn. Dat was een volledige dag die ik liever op een terrasje had doorgebracht, gelukkig kreeg ik er nog een hoop accredite- ringspunten bovenop. Ergonomie is inderdaad theoretisch dik oké, maar in de praktijk blijk ik toch nog vaak zo’n beetje scheef over de patiënt te hangen met alle gevolgen van dien. Ik durf mijn fysieke ongemakken wel eens te delen met bepaalde patienten die mij dan prompt voor- zien van bakken goede raad en af en Win gekeratiniseerd weefsel Het behoud van alveolair bot is essentieel na extractie van elementen. Evenzo belangrijk is de aanwezigheid van een adequate zone gekeratiniseerd weefsel voor het lange termijn succes van implantaten. Cytoplast® TXT-200 membranen bieden een perfecte bescherming van de extractiezone door het bacteriedichte d-PTFE oppervlak. Doordat het Cytoplast® TXT membraan opzettelijk bloot kan blijven liggen in de mondholte, kunnen de zachte weefels op hun plaats blijven. Hierdoor wordt niet alleen botresorptie voorkomen, maar bovendien de hoeveelheid gekeratiniseerd weefsel vergroot*. Behoud het alveolaire bot én win tegelijkertijd gekeratiniseerd weefsel na extracties met de d-PTFE Cytoplast® TXT-200 membranen. Situatie na extractie van 15 en 16. Primaire sluiting wordt vermeden om de mucogingivale lijn niet te verplaatsen. Situatie na 4 weken: membraan is non- chirurgisch verwijderd. Het rode gebied is de nieuw gevormde osteoid matrix. Het implantaat kan in later stadium probleemloos worden geplaatst. Casus en fotografi e: Parodontologie Praktijk Friesland MEMODENT B.V. | T +31 (0) 53 430 66 63 | E info@memodent.nl | W www.memodent.nl