Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition

10 Excerpt dental tribune - netherlands edition oktober 2015 Indicaties en contra-indicaties voor een chirurgische kroonverlenging Dit is een fragment uit het recent verschenen nascholingsprogram- ma Chirurgische kroonverlenging (AccreDidact), geschreven door dr. S. Paraskevas. 4.1 Subgingivale cariës Het prepareren en restaureren van gebitselementen met diepe ca- riëslaesies die zich tot onder het tandvlees hebben uitgebreid is al- lesbehalve eenvoudig. Indien be- houd van het element mogelijk en wenselijk is, kan de restaura- tierand door hercontourering van de zachte en harde weefsels of door orthodontische extrusie supragin- givaal worden gebracht. De caviteit is daardoor beter te vullen en de restauratie gemakkelijker te reini- gen. In sommige gevallen kan het supragingivaal leggen van de ca- viteit worden bereikt door middel van een gingivectomie. In andere gevallen zal een flapoperatie moe- ten worden overwogen, waarbij be- halve het tandvlees het alveolaire bot wordt aangepast om de prepa- ratierand supragingivaal te leggen. 4.2 Fracturen Ook fractuurlijnen lopen soms door tot onder het tandvlees. Het kan gaan om een fractuur van de gehele klinische kroon of van een knobbel. Bij het restaureren van gefractureerde gebitselemen- ten kan er gebrek aan retentie zijn voor de restauratie. Door een kroonverlenging verbetert de re- tentie. De clinicus moet zich ech- ter realiseren dat een chirurgische kroonverlenging geen panacee is. Het eindresultaat wordt bepaald door de ligging van de fractuur, de wortelvorm, de uiteindelijke kroon-wortelverhouding en de es- thetische wensen van de patiënt. Bij diep gefractureerde elementen zijn extractie en vervanging door een implantaatkroon of een brug vaak een behandeloptie met beter voorspelbare resultaten. 4.2.1 Gecompliceerde kroon-wortel- fractuur Bij bovenincisieven zien we vaak een supragingivale fractuurlijn die van vestibulair schuin naar pala- Afbeelding 10. Beslisboom voor chirurgie zonder en met een opklap. Afbeelding 11f-k. De situatie vestibulair en linguaal, nadat de hechtingen zijn aange- bracht. De foto’s in de rij eronder zijn een week na de chirurgische kroonverlenging genomen, toen de hechtingen werden verwijderd. De patiënt was klachtenvrij. Hij werd geïnstrueerd over het gebruik van een elektrische tandenborstel en middelen om interdentaal te reinigen. De patiënt kreeg het advies nog een week door te gaan met het spoelen van de mond met chloorhexidine. Op de foto’s van de onderste rij, die een maand na de operatie zijn genomen, is te zien dat het tandvlees fraai genezen is, zodat het element kan worden beslepen en er een tijdelijke kroon kan worden vervaardigd. Afbeelding 11l-n. Drie maanden na de chirurgische kroonverlenging werd de definitieve kroon geplaatst. Op de röntgenfoto, die twee jaar later werd genomen, is te zien dat er slechts een beperkte hoeveelheid bot mesiaal van 37 werd verwijderd. De kroon sluit distaal goed aan en er treedt periapicaal botherstel op (röntgenfoto: E. Duijst-van Cruchten, Verwijspraktijk voor Tandheelkunde Amsterdam). www.accredidact.nl onafhankelijke geaccrediteerde nascholing TANDARTSEN |3| 2015 AccreDidact AccreDidactTandartsen2015 Chirurgische kroonverlenging Chirurgische kroonverlenging voor KRT en Mondzorg- register van auteur Spiros Paraskevas preparatiegrens≥4 mm boven de botrand preparatiegrens <4 mm boven de botrand genoeg gekeratiniseerd weefsel normale botanatomie geen aanpassing van emergence profile gewenst aanpassing van emergence profile gewenst geen furcatieproblematiek furcatieproblematiek normale afstand tussen de elementen gingivectomie te weinig gekeratiniseerd weefsel dikke vestibulaire of palatinale botlamel- exostosen flapchirurgie eventueel met botcorrecties en/of correctief beslijpen van het element geringe afstand tussen de elementen Afbeelding 11a-e. Ondanks de forse pro- blemen (parodontitis apicalis, diepe distale cariëslaesie) wil de patiënt element 37 graag behouden, in plaats van te kiezen voor ex- tractie en een implantologische oplossing. Om het elementna de wortelkanaalbehande- ling te kunnen restaureren, wordt besloten een chirurgische kroonverlenging uit te voe- ren. Na de wortelkanaalbehandeling is het element tijdelijk gerestaureerd met blauw- kleurig opbouwcomposiet. Daardoor is bij de chirurgische kroonverlenging goed te zien tot hoe ver het bot en de gingiva moeten worden verplaatst. De onderste foto werd genomen tijdens de operatie. De verlaagde botrand ligt vier millimeter apicaal van de toekom- stige kroonrand (röntgenfoto’s: E. Duijst-van Cruchten, Verwijspraktijk voor Tandheelkun- de Amsterdam).

Pages Overview