Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition

8 Interview dental tribune - netherlands edition maart 2014 DE NIEUWE XO 4 Bij XO Care zijn wij trots op het creëren van beteke- nisvolle en buitengewone dentale oplossingen. Deze oplossingen ontstaan door onze expertise en innovatieve ideeën te combineren met de nieuwste technologie. Het is onze missie om u perfecte behandelingen uit te laten voeren, terwijl uw patiënten de beste zorg ervaren. We willen bijdragen aan de economische successen van uw praktijk en zorgdragen voor uw goede gezondheid. Tijdens Dental Expo, van 20 t/m 22 maart 2014, begroeten wij u graag tijdens onze XO VIP SHOW. Reserveer uw tickets via info@arseus-dental.nl xo-care.com Cartografenweg 18 | 5141 MT Waalwijk Tel: 0416-675000 | Fax: 0416-675005 info@arseus-dental.nl | www.arseus-dental.nl zelfstandig op te zetten, maar je kunt als tandarts best vragen aan patiënten wanneer zij tevreden zijn, of zij dat verder willen ver- spreiden. Of vragen of patiënten mensen in hun familie of vrien- denkring hebben die op zoek zijn naar een goede tandarts. Wel- licht kun je ook een cadeautje in het vooruitzicht stellen voor het aandragen van een nieuwe klant, bijvoorbeeld een gratis behande- ling door een mondhygiënist, of een keer gratis de tanden laten bleken.” If you can’t beat them… Tandartsen kunnen in de ogen van Klein dus een flinke slag maken in de ontwikkeling van hun praktijk. Toch zijn er ook nu al trends zicht- baar naar groeiende efficiency. Zo sluiten steeds meer zelfstandige praktijken zich aan bij een keten. Hoe denkt Klein hierover? “Dat is een logische stap. Als je het in je eentje niet redt, dan kun je aan- sluiting zoeken bij anderen, zo- dat je beter reclame kunt maken, je inkoopkosten omlaag kunnen en je succesvolle werkprocedures kunt uitwisselen. Zoals de Engels- en zeggen: If you can’t beat them, join them.” Ook worden steeds vaker ma- nagers zonder tandheelkundige achtergrond aangesteld om de praktijk te leiden; een groeiend aantal mondzorgondernemers is van origine geen tandarts. Klein vindt ook dit een logische ontwik- keling. “Als je als tandarts ont- dekt: ik ben wel goed in mijn vak, maar ik ben geen manager, dan kun je dat prima uitbesteden. Het zit ook niet in je opleiding, dus het is niet vreemd om dat over te laten aan iemand die daar wel voor is opgeleid.” Zou onderwijs over management wel thuishoren in de tandartsenopleiding? Niet per se, volgens Klein. “Misschien is wat basiskennis wel goed, en zeker als je als tandarts van één naar meerdere stoelen gaat is het raadzaam om je bij te scholen. Maar je bent als tandarts niet per se leidinggevende, dus een nood- zaak is het niet.” Succesfactoren Op het congres Het Rendement tijdens de Dental Expo 2014 zal Klein verder ingaan op hoe tand- artsen meer uit hun onderne- ming kunnen halen. “Tijdens mijn voordracht behandel ik een versimpelde versie van het mo- del waarop ik hoop te gaan pro- moveren. In dat model heb ik de succesfactoren voor een onderne- ming verwerkt. Kort gezegd komt het erop neer dat je met de resour- ces van je bedrijf, zoals de behan- delstoelen, de receptie, maar ook de mondhygiëniste en je tand- heelkundige werk, oplossingen aanbiedt voor de problemen van de patiënt.” Een voorbeeld is de tandarts die ­bleekbehandelingen aanbiedt. De patiënt met ver- kleurde tanden kan dan bij hem terecht. “Wat je je echter moet re- aliseren, is dat de problemen van de klant niet altijd overeen komen met de oplossingen die jij biedt. Het is belangrijk dat je niet denkt vanuit wat je kunt bieden, maar vanuit de problemen van de klant. Hoe zorg je dat je die problemen kunt oplossen, met wat jij te bie- den hebt? Of moet je je aanbod gaan aanpassen?” Volgens Klein is het daarbij vooral belangrijk dat tandartsen ook naar andere problemen dan enkel de gebitsproblemen kijken. “Ik denk dat de betaalbaarheid van een behandeling voor veel ­patiënten een probleem wordt. Verzekeraars gaan door de stij- gende zorgkosten denk ik alleen nog PMO’s vergoeden, dus zullen patiënten zich gaan afvragen of ze die nieuwe brug of kroon laten plaatsen, of dat ze het geld liever besteden aan nieuwe schoenen voor de kinderen. Je ziet nu al een trend ontstaan zoals in de jaren zeventig: trek alles er maar uit, dat is voordeliger dan repareren. Tandartsen moeten zich ervan bewust worden dat ze niet alleen voor het tandheelkundige pro- bleem, maar ook voor de betaal- baarheid een oplossing ­moeten bieden.” In zijn voordracht bespreekt Klein naast zijn eigen model ook een veel ouder economisch mo- del, het Dupontschema. Dat is een stroomschema waarin wordt weergegeven wat het effect is van de verschillende bedrijfsonder- delen, zoals grondstoffen, per- soneel en omzet, op de winst­ gevendheid van je onderneming. “Die twee modellen samen vor- men de theorie, en daarna gaan we met de praktijk aan de slag. Tandartsen uit het publiek kun- nen met hun eigen vraagstukken of problemen uit hun praktijk ko- men. Waar lopen zij tegenaan in hun onderneming? Dan gaan we samen proberen een oplossing te vinden.” Dat brengt een gezonde spanning met zich mee: “Ik weet natuurlijk niet wat er gevraagd gaat worden, en ook niet of ik overal wel een antwoord op heb. Dus dat is wel spannend, maar ook heel leuk!”  ■ Veel bedrijven zijn efficiënt ineffectief > vervolg van pagina 6