Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition

18 Reportage dental tribune - netherlands edition maart 2013 ligt. Maar in 90% van de geval- len ligt de oorsprong in de mond en slechts in 10% in de maag. De slechte adem wordt vaak veroor- zaakt door bacteriën op de tong of door een slecht verzorgd gebit. Als een tandarts bij het PMO het gebit bekijkt, kan hij controleren of de gebitsverzorging in orde is en of er bacteriën aanwezig zijn op de tong. Een tongschraper kan uitkomst bieden om de bacteri- en te verwijderen. Als een tong- schraper of reiniging van het ge- bit geen effect hebben, kan de patiënt verwezen worden naar Je moet alert zijn en doorvragen > vervolg van pagina 17 Paul van Dijk. Besproken in NRC en Medisch Contact “Huisarts Paul van Dijk verzamelde twintig jaar lang informatie over schaamteonderwerpen. Medische, culturele, psychologische en literaire informatie. Onlangs verscheen zijn culturele encyclopedie van de schaamte, want dat is het. Het moet op voorhand gezegd: een standaardwerk van grote allure. En ook nog eens schitterend vormgegeven. […] Vermoedelijk had iedereen dit aanstekelijke en kostelijke boek willen samenstellen en schrijven. Dat kan dus niet meer. Van Dijk deed het al. Het enige wat ons rest is dit prachtboek te kopen en eindeloos te raadplegen.” (Medisch Contact, 14 februari 2013) Met actiecode DT2013 betaalt u tot en met 31 maart geen verzendkosten bij al uw bestellingen! Van gêne tot schaamrood Achtergronden en behandeling van schaamteproblemen een KNO-arts, soms zitten er na- melijk pusresten in de keel, of naar een halitosepolikliniek. Met kwijlen krijgen vooral ge- specialiseerde tandartsen te ma- ken, omdat patiënten met het downsyndroom er vaak last van hebben. Verder komt het ook voor bij volwassenen met neurologi- sche aandoeningen, bijvoorbeeld parkinson, of bij mensen die een CVA hebben gehad. Een patiën- te van mij, een knappe, erudie- te vrouw die jarenlang in de ge- meenteraad had gezeten, kreeg parkinson. Die ziekte bracht veel kwalen met zich mee: ze kon niet meer goed lopen en schrijven en bewoog zich houterig, maar het ergste vond ze het kwijlen. Als ze kwijlde, dachten mensen dat ze niet meer normaal tegen haar konden praten. Dat vond ze erg vernederend en het verminderde haar kwaliteit van leven enorm. Na overleg met de behandelend neuroloog werd ze verwezen naar een gespecialiseerde tandarts en werd gekozen voor behandeling met radiotherapie, waardoor het kwijlen langzaam op de achter- grond raakte. Het kwijlen kan ook veroor- zaakt worden doordat de prothe- se slecht zit en de mond niet goed sluit. Een tandarts kan kijken of er mogelijkheden zijn om de lip- sluiting te verbeteren, zodat de occlusie beter is. Er zijn een aan- tal tandheelkundige oplossingen bij kwijlen, maar meestal zal de tandarts moeten doorverwijzen, bijvoorbeeld naar een logope- dist voor slikoefeningen, een ra- dioloog voor behandeling van de speekselklieren, een chirurg voor een operatie of een internist om medicatie voor te schrijven. Welke casus van een schaamteprobleem heeft op uzelf de meeste indruk gemaakt? Op mijn spreekuur kwam een za- kenman die last had van halitose (zie ook de casus hieronder, red.). De aandoening was zo erg dat hij alleen nog telefonisch met men- sen af wilde spreken. Als zaken- man was hij erg succesvol, maar als mens volkomen geïsoleerd. De gangbare behandelmetho- den voor halitose hielpen bij hem helaas niet en uiteindelijk is hij naar een halitosepolikliniek ver- wezen. ■ Uit je mond ruiken Elk hoofdstuk in Van gêne tot schaamrood wordt op dezelfde manier behandeld: een casus, achtergrondinformatie, behan- delingsmogelijkheden, evi- dence, geschiedenis en literaire fragmenten, vergezeld door een speciaal voor het boek gemaakt aquarel. Hieronder leest u de casus en achtergrondinformatie uit het hoofdstuk over halitose. Frank (30 jaar) is een succesvolle zakenman. Hij is eigenaar van een aantal bedrijven en noemt zichzelf een workaholic. Hij ziet er goed uit. Sinds zes jaar heeft hij last van een slechte adem. Mensen gaan hem uit de weg, bieden hem kauwgom aan en achter zijn rug wordt vaak gefluisterd. Aan de zorg voor zijn gebit ligt het niet. Hij bezoekt re- gelmatig de tandarts. De hele dag heeft hij pepermunt in zijn mond, de slechte ademgeur komt er dwars doorheen. Hij zondert zich steeds meer af van vrienden en familie. Relaties met vrouwen lukken al- leen als hij flink aangeschoten is. Ze duren niet langer dan één nacht, daarna haken ze af. Zijn za- ken doet hij per e-mail, fax of te- lefoon. Hij durft zijn klanten niet direct te woord te staan. Dolgraag zou hij face to face afspraken ma- ken maar hij durft het gewoon niet. Hij gebruikte tongschrapers, liet zijn amandelen verwijderen, gor- gelde met chloorhexidine, zijn ver- standskiezen werden getrokken, hij bezocht de internist en de longarts. Niets en niemand kon zijn slechte adem stoppen. Op internet las hij over een pas opgerichte halitose- poli. Hij maakte een afspraak. Bij het intakegesprek barstte hij in tranen uit. ‘Ik kan niet verder leven op deze manier. Mijn hele bedrijf zou ik cadeau willen doen voor een behandeling waardoor ik weer oog in oog met mensen durf te staan.’ ACHTERGROND Een onaangename lucht uit de mond kan afkomstig zijn uit de mondholte, de neus, de neus- bijholten, de keel en in uitzon- deringsgevallen uit het maag- darmkanaal. In 85-90% van de gevallen ligt de oorzaak van de slechte adem in de mond.2,18,19 De vieze geur is afkomstig van bac- teriën die vluchtige zwavelverbin- dingen maken waarvan het naar rotte eieren ruikende zwavelwa- terstof (H2S) en het stinkende methylmercaptaan (CH3SH) de belangrijkste zijn. Ze zijn bij zeer lage concentraties al te ruiken. Het betreft anaerobe bacteriën die zich vermenigvuldigen in voed- selresten en afgestorven celmate- riaal. Ze zetten de daarin aanwe- zige zwavelhoudende eiwitten om in stinkende gasvormige zwavel- verbindingen. De bacteriën ont- wikkelen zich vooral op plaatsen waar weinig of geen zuurstof aan- wezig is. De belangrijkste broed- plaats is het achterste deel van de tong. Dit gedeelte is ruw en heeft diepe groeven waarin de zuur- stofmijdende bacteriën zich kun- nen nestelen. Wanneer de tong wordt uitgestoken is een witge- le of bruine aanslag achter op de tong te zien. Deze aanslag be- staat voornamelijk uit bacteriën. De bacteriegroei op de tong is de belangrijkste oorzaak van ha- litose die in de mond zijn oor- sprong vindt.2 Behalve op de tong zijn de anaerobe bacteriën te vinden in en onder ontstoken tandvlees. Tandvleesontsteking is vrijwel altijd het gevolg van slechte mondverzorging, waar- door voedselresten tussen tan- den en kiezen en op het tandvlees achterblijven. Wanneer tand- vleesontsteking (gingivitis) lang- durig aanwezig is kunnen er hol- tes (pockets) tussen tandvlees en tand ontstaan, waarbij ook het kaakbot wordt aangetast: paro- dontitis. Voedselresten en bacte- riën hopen zich op in de pockets, wat leidt tot een onaangename ademgeur. Er zijn auteurs die twijfelen aan de rol van gingivitis en parodon- titis als veroorzakers van slech- te adem. Hoewel de beschreven bacteriegroei een vieze geur ver- spreidt is er volgens hen geen sta- tistisch verband met halitose.8 Wel zouden de tandvleesontste- kingen een toename geven van de coating op de tong. Gedeelte- lijk doorgebroken verstandskie- zen in de onderkaak kunnen vol- gens sommige auteurs eveneens een bron zijn van halitose.11 Ze zijn deels bedekt met tandvlees, waardoor zich gemakkelijk voed- selresten en bacteriën kunnen ophopen. Ook een droge mond door ver- minderde speekselproductie (hy- posialie of xerostomie) werkt on- frisse adem in de hand. Speeksel ruimt de overtollige bacteriën op en overdag reinigt de conti- nue speekselvloed de mond. ’s Nachts wordt er minder speeksel geproduceerd waardoor bacte- riën zich ophopen en de voor de ochtend zo kenmerkende slechte adem ontstaat. Mondademha- ling veroorzaakt een droge mond en daardoor meer kans op slech- te adem. Ook medicijnen (o.a. plastabletten, slaapmiddelen, an- tidepressiva en middelen tegen hoge bloeddruk en hartritme- stoornissen) die de speekselpro- ductie remmen, dragen bij aan een vieze adem. Factoren die de bacteriegroei en daarmee een slechte adem be- vorderen zijn behalve een lage speekselproductie ook een licht alkalische pH. Hoe zuurder het milieu hoe langzamer de bacte- riegroei. In de nacht maar ook bij vasten neemt de pH in de mond toe waardoor een toename van halitose ontstaat. De oorzaak van halitose ligt in 5-10% in het keel- en neusgebied.18,19 Ontstoken bij- holten (sinusitis), postnasal drip, poliepen en een corpus alienum in de neus kunnen de bron zijn van onwelriekende adem. Ook ontstoken amandelen (tonsilli- tis) en met name achterblijvende voedselresten in de amandelnis- sen (crypten) kunnen een vie- ze lucht verspreiden. Sommige mensen klagen over kleine harde steentjes achter in de keel, zoge- naamde tonsillolieten. Het zijn gemineraliseerde opeenhopingen van celresten, voedselresten en bacteriën die van tijd tot tijd los- komen uit de tonsilcrypten. De steentjes kunnen geweldig stin- ken maar veroorzaken niet altijd een vieze ademgeur.19 Slechte adem wordt vrijwel nooit veroorzaakt door maagpro- blemen. Het is een misverstand (ook onder artsen) dat de maag een belangrijke bron is van ha- litose. Slechts 0,9% van de oor- zaken van halitose is in de maag gelegen.19 De maag is bij de over- gang naar de oesofagus afgeslo- ten. Alleen opboeren kan lucht uit de maag naar boven brengen. Daarom kan het maag-darmstel- sel alleen via de indirecte weg aanleiding zijn voor een slech- te ademgeur. Bestanddelen van sommige voedingsmiddelen (uien, knoflook, alcohol) komen eerst in de maag, worden vandaar opgenomen in het bloed en ver- volgens via de longen uitgeademd. In zeldzame gevallen is hali- tose het gevolg van een medische aandoening elders in het lichaam. Behalve een slechte adem zijn er dan altijd andere verschijnselen. De volgende afwijkingen kun- nen een vieze adem veroorzaken: ontregelde diabetes (acetongeur), nierinsufficiëntie (urinegeur), bronchiëctasieën/longabces (rot- tingslucht), leverinsufficiëntie (foetor hepaticus), trimethylami- nurie (visgeur), necrotiserende tumoren in de mond, neus, keel, long of maag-darmgebied. Of er bij iemand al of niet spra- ke is van halitose kan men het beste vragen aan de partner of aan een vertrouwenspersoon. Door respectievelijk de mond en de neus af te sluiten en krach- tig uit te ademen kan bovendien worden bepaald of de bron van de halitose gezocht moet worden in de neus of in de mond. Mensen kunnen ook zelf een test doen. Lik met het achterste deel van de tong over de rug van de hand. Laat het speeksel even opdrogen en ruik aan de hand. Is de geur onfris, dan is de adem dat ook. Een variant op deze test kan wor- den uitgevoerd door met een ver- bandgaasje of een lepel wat aan- slag van het achterste deel van de tong te halen. Ruikt dat niet lekker, dan geldt dat ook voor de uitgeademde lucht. Verschillende bedrijven bie- den apparaatjes aan waarmee de adem kan worden getest, zo- genaamde sulfidemonitoren. De apparaatjes meten de vluchtige zwavelverbindingen. De betrouw- baarheid van de meetresultaten is matig. Gaschromatografie is de meest nauwkeurige methode. Hiermee kunnen ook andere dan zwavelhoudende gassen worden bepaald. Ondanks deze techni- sche mogelijkheden zijn alle au- teurs het er over eens dat de gou- den standaard bij het vaststellen van halitose bestaat uit het rui- ken met de menselijke neus. ■ Wat kunnen tandartsen betekenen bij halitose en kwijlen? Vaak denken mensen, ook de meeste (tand)artsen, dat de oor- sprong van halitose in de maag Auteur: Paul van Dijk ISBN: 978 908 562 10 41 Verschenen: december 2012 Omvang: 260 pagina’s Onze prijs: € 39,50