Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition

19Industriedental tribune - netherlands editionOktober 2012 gelijkmatig met adhesief bevoch- tigde caviteitoppervlakken. Dit moet zorgvuldig worden gecon- troleerd, omdat mat uitziende ca- viteitgebieden een indicatie zijn voor het feit dat niet voldoende adhesief op deze plekken werd aangebracht. In het ergste ge- val zou dit kunnen resulteren in een verminderde hechting van de vulling aan deze gebieden met gelijktijdig belemmerde denti- neverzegeling en eventueel ook gepaard kunnen gaan met posto- peratieve hypergevoeligheid. Als bij de visuele controle dergelijke gebieden worden gevonden, dan wordt daar selectief nogmaals bonding aangebracht. Met een parodontaalsonde met schaalverdeling werd het diep- ste gedeelte van de caviteiten op- gemeten, omdat x-tra base in de bulktechniek in laagdiktes van max. 4 mm kan worden aange- bracht (afb. 4). In het bereik van de occlusale anatomie moet ech- ter nog ca. 2 mm overblijven voor de afsluiting van de complete res- tauratie door een voor laterale elementen geschikt composiet op methacrylaatbasis. Het x-tra base composiet in de translucente kleur ‘Univer- sal’ werd uit de naloopvrije NDT- spuit in een laagdikte van 4 mm direct in de bulktechniek als on- derlaag in beide caviteiten aange- bracht, waarbij in het laagste deel van de defecten werd begonnen (afb. 5). Ter voorkoming van in- gesloten luchtbellen moet daarbij de dunne metalen canule van de spuit voortdurend ondergedom- peld zijn in het uitstromende ma- teriaal. Binnen enkele seconden ontstaat door de vloeibaarheid van het materiaal een zelfstandi- ge nivellering van de composiet- laag. Eventueel zichtbare lucht- bellen in het materiaal moeten worden weggehaald met een son- detip. Het translucente x-tra ba- se-composiet werd per caviteit gedurende tien seconden uitge- hard met een polymerisatielamp met hoog vermogen (lichtintensi- teit > 800 mW/cm²) (afb. 6). Af- beelding 7 toont de gelijkmatig door x-tra base opgevulde cavi- teiten, waarbij occlusaal nog on- geveer 2 mm over is voor het tot stand brengen van de occlusale anatomie door een voor laterale elementen geschikt composiet op methacrylaat-basis. Met het composiet Grandi- oSO in de kleur A2 werden de kauwvlakken van de beide pre- molaren in een verdere stap op- gebouwd en zodoende de restau- raties volledig gemaakt (afb. 8). Na de polymerisatie gedurende tien seconden (lichtintensiteit > 800 mW/cm²) werden de res- tauraties gecontroleerd op im- perfecties en vervolgens de me- talen matrices weggenomen. In het bereik van het later niet meer vrij toegankelijke distale vlak van de tweede premolaar werd deze composietrestauratie uitgewerkt en gepolijst, voordat met de res- tauratie van de eerste molaar werd begonnen. De drievlakscaviteit in de eer- ste molaar werd wederom afge- bakend met een metalen matrix, die met houten spieën werd ver- ankerd. Na een adhesieve voor- behandeling met het zelfcondi- tionerende adhesief Futurabond DC werd de composiet x-tra base in de kleur Universal in een laag- dikte van 4 mm direct in de bulk- techniek als onderlaag in de cavi- teit aangebracht (afb. 9). Er werd wederom op gelet dat er occlusaal nog 2 mm ruimte aanwezig was voor de dekvulling. Na polyme- risatie gedurende tien seconden werd x-tra base bedekt met een GrandioSO dekvulling (kleur A2) (afb. 10). Na een afsluitende poly- merisatiecyclus werd de matrix weggenomen. Afbeelding 11 toont alle drie restauraties vóór het uit- werken. Na wegnemen van de coffer- dam werden met een polijstdia- mant peermodel het fissuurreliëf en de fossa ingewerkt. Met een bij de tip afgeronde polijstdia- mant granaatmodel werden in de volgende stap van de gestan- daardiseerde uitwerkingsvolg- orde zowel de convexiteit van de driehoekige verdikkingen als een harmonieuze overgang tussen de afzonderlijke bestanddelen van de occlusale anatomie uitge- werkt. Na verwijdering van occlu- sale interferenties en aanpassing van de statische en dynamische occlusie werden in het bereik van de toegankelijke approximale holten de contouren uitgewerkt en voorgepolijst met polijstschijf- jes. Met behulp van met diamant geïmpregneerde composietpolijs- ters (Dimanto, VOCO) kregen de restauraties een oppervlak met zijdeglans. Het afsluitende hoog- glanspolijsten vond onder ver- mindering van de aandrukkracht wederom plaats met Dimanto polijsters en optimaliseerde de glans van het restauratiemateri- aal. Afbeelding 12 illustreert de voltooide directe restauraties met de composietcombinatie x-tra base en GrandioSO bij de laterale elementen in de bovenkaak. Met deze restauraties werden de oor- spronkelijke elementvormen met anatomisch functionele kauw- vlakken en fysiologisch gevorm- de approximale contacten weer tot stand gebracht. Ter afsluiting werd met een schuimstof pellet de fluoridelak Bifluorid 12 (VOCO) aangebracht op de betrokken ele- menten. ■