Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Dental Tribune Netherlands Edition

8 Excerpt dental tribune - netherlands edition Juni 2012 De spuitafdruk afdrukmaterialen niet-elastisch elastisch afdrukgips zinkoxide-eugenol compounds elastomeren:hydrocolloïden: - reversibel (agar-agar) - niet-reversibel (alginaten) - polysulfiden - C-siliconen - polyethers - A-siliconen - VPE-siliconen alginaten polyethers polysulfiden condensatiesiliconen additiesiliconen vinylpolyether-siliconen Cavex CA37 (Cavex Holland) Cavex Impressional (Cavex Holland) GC Aroma Fine DF (GC) Xantalgin (Heraeus Kulzer) Impregum (3M ESPE) Permadyne (3M ESPE) P2 (Heraeus Kulzer) Permlastic (Kerr) Optosil (Heraeus Kulzer) Speedex (Coltène/Whaledent) Xantopren (Heraeus Kulzer) Affinis (Coltène/Whaledent) Affinis Precious (Coltène/Whaledent) Aquasil Ultra (Dentsply) Dimension (3M ESPE) Examix/Exajet/Exaflex (GC) Express (3M ESPE) Flexitime (Heraeus Kulzer) Honigum (DMG) Imprint (3M ESPE) Monopren (Kettenbach) Panasil (Kettenbach) Provil Novo (Heraeus Kulzer) Stand Out (SDS Kerr) Take 1 (SDS Kerr) EXA'lence (GC) Identium (Kettenbach) Dit is een fragment uit het cahier behorende bij de eLearning De spuitafdruk (AccreDidact, 2012; ISBN 978 90 8976 077 7), geschreven door J.V. Laverman. 2. AFDRUKMATERIALEN 2.1 Alginaten en elastomeren Er bestaat een ruim assortiment aan afdrukmaterialen. Afdru- krubbers, ook wel elastomeren genoemd, zijn in verschillende viscositeiten verkrijgbaar. Naast normale (regular set) bestaan er snelwerkende versies (fast set). Van alle afdrukmaterialen die de afgelopen decennia zijn ontwik- keld, wordt er alleen nog gebruik- gemaakt van alginaten, con- densatiesiliconen (C-siliconen), additiesiliconen (A-siliconen) en polyethers. Alginaten zijn niet zo dimensionaal stabiel als A- siliconen en polyethers. Boven- dien zijn ze niet elastisch genoeg waardoor ze gemakkelijk scheu- ren. Ze zijn daarom minder ge- schikt om gebitselementen die gekroond moeten worden, nauw- keurig af te drukken. De nieuw- ste generatie elastomeren zijn de vinylpolyether-siliconen (VPE- siliconen). Het betreft een krui- sing tussen een A-silicone en een polyether. Onderzoekers hebben in deze recent ontwikkelde elas- tomeren nog weinig extra voor- delen gezien ten opzichte van de andere elastomeren. Wellicht daarom genieten ze geen brede acceptatie. Sinds kort zijn er ook siliconen die geoptimaliseerd zijn voor infraroodscanners. De tand- arts hoeft dan zelf geen intra- orale scanner aan te schaffen en kan toch gipsvrij werken, met alle voordelen van dien. Elastomeren worden, behalve als afdrukmateriaal, ook gebruikt voor beetregistraties. Hiertoe zijn speciale, extra stugge elastome- ren ontwikkeld. Ten slotte zijn er nog siliconen waarmee bij kronen en protheses drukplaatsen kun- nen worden opgespoord, zodat hun pasvorm kan worden verbe- terd. 2.2 Verpakkingsvormen Met het verschijnen van afdruk- materialen in handzame auto- mixing cartridges zijn tubema- terialen bijna geheel in onbruik geraakt. Vergeleken met hand- matig mengen geven automixing cartridges een meer homogene en luchtbelvrije mix. Tevens ver- spilt men minder afdrukmate- riaal. Bovenal zijn automixing systemen gebruiksvriendelijk. Doordat de verhouding tussen de basis- en katalysatorpasta niet voor alle elastomeren een-op- een is, bestaan er cartridges in verschillende uitvoeringen met bijpassende doseerpistolen (dis- pensers, handguns). Ook het ver- schil in consistentie maakt het noodzakelijk dat er naast kleine cartridges voor normale en dun- vloeibare afdrukmaterialen veel grotere zogenoemde foilbags en harde cartridges bestaan voor de meer dikvloeibare massa’s. Deze verpakkingen zijn bedoeld voor elektrisch aangedreven mengma- chines (Pentamix, Dynamix, Plug & Press, MixStar). De machines zijn een groot succes en in bijna elke praktijk te vinden. 2.3 A- en C-siliconen Bij siliconenrubbers maken we onderscheid tussen A- en C-si- liconen. C-siliconen zijn sedert 1955 op de markt. Ze hebben hun populariteit intussen verloren, omdat ze niet zo vormvast zijn als A-siliconen. Dit is te wijten aan de grotere krimp die optreedt doordat ethylalcohol, dat als een bijproduct van de polymerisatie- reactie vrijkomt, verdampt. Voor een nauwkeurig model moet u de afdruk binnen 24 uur uitgieten. C-siliconen worden in ons land nog uitsluitend gebruikt voor de definitieve afdruk ten behoeve van totale gebitsprotheses. Om het gebrek aan houdbaar- heid van C-silicone afdrukken te compenseren, werden in de jaren zeventig A-siliconen ontwikkeld. Het zijn de meest gebruikte elas- tomeren voor het afdrukken van kroon- en brugwerk. De basis- en katalysatorpasta’s van deze groep siliconen bestaan uit siloxaan- monomeren, silicavullerdeeltjes en kleurstoffen. De katalysatorpasta bevat daarnaast nog een activator (een platinazout) en een vertrager. Bij de verhardingsreactie worden cross-links gevormd door mid- del van een additiepolymerisatie. Het gepolymeriseerde materiaal Overzicht afdrukmaterialen. Voor het nemen van de definitieve afdruk voor kroon- en brugwerk gebruiken tand- artsen voor het merendeel additiesiliconen en een plastic lepel. Daarbij is de simul- taantechniek erg in trek: over de elementen, die zijn omspoten met een dunvloeibaar afdrukmateriaal, wordt een afdruklepel gezet waarin een dikvloeibaar elastomeer is aangebracht. Elastomeren voor beetregistraties moeten hard en stug zijn. Ze mogen niet veren. De overmaat kan worden weggesneden of worden weggehaald met een hardme- taalfrees (foto’s: Coltène/Whaledent). Aan de hand van deze tabel kunt u zien waartoe het afdrukmateriaal behoort waarmee u in de praktijk werkt.